26 APRIL 1938. 127 uursbe- genoe- an, dat id door len, die en kon n Wet- en van :ten en vet tot aok ge ver de ft hem a maar i Nieu- 3 heer ;er on- 'an het arkt te izonder worden en vin- ste dagen met 2 en 3 cent per K.G. is gestegen. Spr. verwacht, dat Burgemeester en Wethouders zich met de Regeering zullen verstaan omtrent het nemen van maatregelen ten einde verdere opdrijving van den prijs van dit volksvoedsel te voorkomen. Vervolgens wil Spr. er de aandacht van Burgemeester en Wethouders op vestigen, dat aan de stempelbureaux is op gehangen een oproeping om te gaan werken in Duitsch- land. Gezien de beroering, welke een zoodanige oproeping, ook elders in den lande, onder werkloozen van verschillende politieke richting verwekt, dringt Spr. er op aan, haar alleen te doen ophangen op de plaats, waar zij thuis behoort, name lijk aan de Arbeidsbeurs. De VOORZITTER verklaart, veel voor het denkbeeld van den heer M e ij v i s te voelen, te meer daar hier toch niet veel arbeiders voor werk in Duitschland in aanmerking kun nen komen, aangezien het landarbeid betreft. Wat de eerste vraag van den heer M e ij v i s betreft, zegt Spr., dat Burgemeester en Wethouders daaraan aandacht zullen wijden. Daarop sluit de VOORZITTER de vergadering. <7 De Secretaris, De Voorzitter,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1938 | | pagina 127