w
180 JV- 30 JUNI 1938.
Zonder verdere opmerkingen wordt daarop
conform het voorstel van Burgemeester en Wet
houders besloten.
22. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot be
schikbaarstelling van een crediet voor het verstrekken van
een extra-subsidie aan het Oranje-Comité voor de viering
van het a.s. Regeeringsjubileum van H.M. de Koningin
(Bijlagen 1938, no. 143).
De heer VAN DER VEN merkt op, dat er wordt voorge
steld 2500,beschikbaar te stellen voor feestviering in
het centrum der stad. Naar aanleiding hiervan vraagt Spr.,
of het nu niet mogelijk is, een gedeelte van dat bedrag af te
staan aan de besturen van buurt- en kindervereenigingen,
ten einde ook hen in de gelegenheid te stellen in hun wijk
feestelijkheden te organiseeren.
De VOORZITTER antwoordt, dat men in een stad als
Rotterdam de feestelijkheden natuurlijk over de verschil
lende wijken moet verdeelen; hier, waar de stad niet zoo
groot is, is zulks niet noodig. Het is ook doelmatiger, de
feestviering te centraliseeren; gaat men haar versnipperen,
dan gebeurt er niets van beteekenis. Wil men in de buiten
wijken zelf iets op touw zetten, dan is dat natuurlijk welkom,
maar het moet niet door de gemeenschap bekostigd behoe
ven te worden.
De heer VAN DER VEN verklaart, dat het niet zijn be
doeling is, een groot percentage van het subsidie-bedrag af
te trekken ten behoeve van de buurt- en kindervereenigingen.
Het is voor hen echter zeer bezwaarlijk, in dezen moeilijken
tijd de voor feestviering benoodigde gelden bij elkaar te
krijgen.
De VOORZITTER zegt, dat zoo'n feestviering niet zoo
kostbaar behoeft te zijn; men organiseert een kinderoptocht
