Ca 234 j 29 JULI 1938. verloop niet veel te lang en zijn zij bereid in het ver volg hiertegen de noodige maatregelen te nemen? Spr. zegt, dat de 1ste en 2de vraag bevestigend beantwoord kunnen worden. Wat de 3de vraag betreft, kan Spr. het vol gende mededeelcn. Het ongeval heeft plaats gehad des na middags 8 uur. De hoofdagent van politie Moerland en de agent van politie T e e u w e n waren tegelijkertijd om 8.05 ter plaatse. Op dit tijdstip waren reeds aanwezig de doctoren Van den Boezem en Hermans, beiden wonende te Princenhage. Eenige minuten nadien verscheen dr. P a ij e n s, die even later opdracht gaf, de ziekenauto te laten komen, aan welke opdracht direct is voldaan door den doodkistenfabrikant Smits, wonende Bredascheweg. Door den hoofdagent Moerland is niet overwogen de zieken-auto te doen komen, daar dit in strijd zou zijn met zijn instructies. Het is den agenten van politie namelijk ver boden een zieken-auto te ontbieden, zonder dat door een geneesheer het verzoek hiertoe is gedaan. Immers een leek kan niet beoordeelen, of vervoer van het slachtoffer mogelijk is. Spr. gelooft echter, dat het beter is, de politie opdracht te geven, voortaan in alle gevallen terstond de zieken-auto te laten komen; het is niet zoo erg, als na het geneeskundig onderzoek blijkt, dat de auto voor niets gekomen is. Op die manier wordt bereikt, dat de auto steeds zoo snel mogelijk ter plaatse is. De heer COHEN verklaart, door de beantwoording der vragen tevreden tc zijn gesteld en betuigt zijn dank aan den Voorzitter voor diens mededeelingen en diens toezegging. De VOORZITTER brengt voorts in herinnering, dat in de vorige vergadering is besloten, met het Rijk een overeen komst van geldleening aan te gaan voor uitvoering van de doorbraakplannen in de binnenstad. In het bijgevoegde ontwerp-besluit waren in artikel 2 sub d de percentages der aanneemsom nog niet ingevuld; deze zijn thans in overleg

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1938 | | pagina 234