3 NOVEMBER 1938. 293
J. A. MEIJS, J. N. KROONE, TH. SPOELDER, G. T. DE
JONG, Mr. F. B. I. M. JANSSENS, Ir. .F. S. A. VAN DER
WERF, R. HEER. A. MABELIS, S. KOOIJMAN, J. J. C. M.
VAN KEEP, J. M. MEIJVIS, C. A. CRUL, Mr. E .L. H. M.
VAN MIERLO, P. G. GRUIJS, A. BROOS, H. J. VAN DER
VEN. P. C. VAN DEN WIJNGAARD, A. A. J. M. LOO-
NEN, A. C. B. VAN ARENDONK en Mr. A. A. M.
STRUIKEN.
Afwezig: de heeren C. L. M. BRANTJES en J. F. A. ELICH.
Voorzitter: de heer B. W. TH. VAN SLOBBE, burge
meester.
Secretaris: de heer B. C. JASPERS, loco-secretaris
De VOORZITTER opent de vergadering en deelt mede,
dat van de heeren Brantjes en Elich bericht is in
gekomen, dat zij verhinderd zijn, deze vergadering bij te
wonen.
Daarop stelt Spr. aan de orde:
I. Vaststelling van de notulen der vergaderingen van 6
pn 22 September j.l.
De VOORZITTER zegt, dat deze notulen, overeenkomstig
het bepaalde in artikel 36 van het reglement van orde voor
den Gemeenteraad, ter inzage voor de leden hebben gelegen
en hun bovendien in druk zijn toegezonden. Spr. vraagt, of
iemand der leden eenige bemerkingen daartegen in het mid
den/ heeft te brengen.
De heer HEER zou in de notulen van 22 September de
zinsnede, beginnende op bladzijde 283, vijfden regel van on
der, en luidende: „De plaatselijke pers geeft de schuld daar
van aan Breda", als vólgt willen zien gewijzigd: „De Bur
gemeester van Ginneken geeft indien in deze van schuld
sprake is de schuld daarvan aan Breda".