I 358 V 29 NOVEMBER 1938. 27 October 1938, no. 46, houdende goedkeuring van het raads besluit van 30 Juni j.l., tot wijziging van de legesverordening. Wordt voor kennisgeving aangenomen. 27. Besluit van de Gedeputeerde Staten voornoemd, hou dende verdaging van hun beslissing op het raadsbesluit van 26 April j.l., tot vaststelling van een plan tot herziening van het uitbreidingsplan voor deze gemeente. Wordt voor kennisgeving aangenomen. 28. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot op heffing van de Commissie van toezicht op het Lager Onder wijs (Bijlagen 1938, no. 248). De heer HEER betreurt het zeer, dat de Gemeente thans door Gedeputeerde Staten verplicht wordt, deze Commissie op te heffen, omdat de Commissie toch op haar terrein een belangrijke taak te vervullen heeft. Meermalen heeft Spr. uit haar verslagen belangrijke gegevens over het lager on derwijs geput. Spr. vraagt, of Burgemeester en Wethouders de aandacht van Gedeputeerde Staten daarop hebben ge vestigd. Spr. acht het een gemeentebelang, dat de Commissie, die overigens geen geld kost, behouden blijft. Wethouder VAN MIERLO zet uiteen, dat de Gemeente niet meer als vroeger verplicht is, een Commissie van toe zicht op het lager onderwijs te hebben, doch dat deze materie thans facultatief in de Lager-Onderwijswet is geregeld. Gedeputeerde Staten hebben niet den eisch van opheffing gesteld, doch slechts een suggestie in die richting gegeven. Spr. heeft toen zijn licht bij de Commissie opgestoken, waarbij hem gebleken is, dat de leden slechts zeer geringe belangstelling voor de haar toevertrouwde zaken schijnen te hebben. De vergaderingen worden zoo slecht bezocht,! dat soms geen besluiten kunnen worden genomen. Op het ver zoek om het gevoelen der Commissie te doen kennen terzake

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1938 | | pagina 358