i
29 NOVEMBER 1938. 393
over meende te moeten zeggen, want daartegen past een
ernstig woord van protest. De heer De Jong sprak over
de groepen Romme-Steenberghe en Colijn-
d e Wilde. Spr. gelooft niet aan groepsvorming in het
Kabinet en is ervan overtuigd, dat de heer De Jong
deze uitdrukking ten onrechte heeft gebruikt. Door aan een
dergelijke tegenstelling in het Kabinet te gelooven, zou men
een cachet van minderwaardigheid drukken op de R.K.
Ministers. Deze mannen staan echter wel zoo hoog, dat zij,
indien zij door meeningsverschil niets meer zouden kunnen
bereiken, hun portefeuilles wel beschikbaar zouden stellen.
Beter dan dergelijke critiek is het, de practische politiek
der Regeering te steunen. Het Plan-Westhoff bevat zeer
veel practische oplossingen; laat de heer De Jong zich
er achter zetten, zooals hij trouwens ook al doet. Er is daar
bij geen sprake van zieltjeswinnerij of afdingen op het door
den heer De Jong genoemde Plan van den Arbeid.
Gevraagd is naar een overzicht van hetgeen de Gemeente
reeds heeft bezuinigd. Een dergelijk overzicht is zeker op
te stellen; ieder raadslid zou het voor zich zelf kunnen ma
ken door de begrootingen van opvolgende jaren met elkaar
te> vergelijken. Echter is Spr. van meening, dat een zoodanig
overzicht weinig zin kan hebben. Wij weten, dat de gemeente
er slecht voor staat, dat alles wat bezuinigd kan worden,
bezuinigd moet worden. Men houde daarbij in het oog, dat
er drie soorten van uitgaven zijn: de noodzakelijke, de wen-
schelijke en de luxe-uitgaven. De luxe-uitgaven heeft de
Gemeente reeds lang moeten afschaffen en zoo er hier of
daar nog een postje zou worden gevonden, dat daaronder
gerangschikt zou kunnen worden, dan zou het onherroepelijk
van de begrooting moeten verdwijnen. Zelfs vele wensche-
lijke uitgaven kan de gemeente zich tegenwoordig niet meer
veroorloven en mogelijk zal nog de tijd komen, dat bijna
alleen de noodzakelijke uitgaven op de begrooting mogen
voorkomen.