10 JANUARI 1938. V 39
32. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, om het
entrée-geld voor de volksbadplaats af te schaffen (Bijlagen
1937, no. 294).
Zonder eenige bedenking wordt dienovereen
komstig besloten.
33. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot het
aanschaffen van een rijwiel-brancard (Bijlagen 1937, no. 287).
De heer VAN DER VEN vindt een rijwiel-brancard een
zeer primitief vervoermiddel voor slachtoffers van ongevallen
voor een stad als Breda; als er een ongeluk gebeurt aan
den buitenkant van de stad zal het te lang duren eer de bran
card ter plaatse is en als er twee slachtoffers tegelijk zijn,
kan men het niet met 1 brancard af. Voorts zegt Spr., dat in
het Dagblad van Noord-Brabant heeft gestaan, dat aan de
Ambachtsschool een volledige ambulance-auto kan worden
gemaakt voor f 300,Naar aanleiding hiervan vraagt Spr.,
of Burgemeester en Wethouders niet eens willen onderzoeken,
of dit inderdaad kan.
Dfe VOORZITTER antwoordt, dat de normale loop van
zaken is, dat de ambulance-auto van den G.Q. en Q.D. naai
de plaats van het ongeval gaat; de rijwiel-brancard dient al
leen voor reserve. Het verhaal in het Dagblad van Noord-
Brabant is vermoedelijk afkomstig van degenen, die ook
Burgemeester en Wethouders hebben geadviseerd een oude
auto aan te schaffen, ten einde die aan de Ambachtsschool
te laten ombouwen. Zeer zeker kan men daar een oude auto
in elkaar zetten als ambulance-auto voor een bedrag van
f 300,maar zulk een auto zou niet in staat zijn om dienst
te doen, wanneer er slechts nu en dan beroep op werd ge
daan; men zou er dan niet op aan kunnen en dat zou nog
veel erger zijn. De G.Q. en G.D. stelt andere eischen aan
een ambulance-auto dan een, die voor f 300,te krijgen is.
Een reserve-brancard wordt voldoende geacht.
