I
29 NOVEMBER 1938. 423
Grondbedrijf.
Zonder eenige bedenking wordt deze begroo
ting goedgekeurd en vastgesteld.
Gasbedrijf.
De heer VAN DER VEN heeft opgemerkt, dat het vaak
voorkomt, dat overdag vele straatlantaarns branden doordat
de mechanisatie niet in orde is. Spr. telde onlangs, op weg
naar het Station, 14 lantaarns, die overdag brandden. Hij
vraagt, of het niet mogelijk is, daarnaar een onderzoek in
te stellen.
Wethouder VAN DER WERF antwoordt, dat die zaak
hem bekend is. Spr. zal ongetwijfeld een; onderzoek daarnaar
laten instellen, indien het euvel een grooten omvang aan
neemt. Het beteekent echter niet zooveel, als zoo hier en
daar eens een enkele lantaarn brandt.
De heer VAN DER VEN zegt, dat het reeds in het mid
daguur was, toen hij het zooeven vermelde feit constateerde.
Wethouder VAN DER WERF antwoordt, dat vanwege
het bedrijf geen geregelde controle daarop kan worden uit
geoefend. Degene, die het opmerkt, moet de politie of het
bedrijf daarop attent maken.
De heer KOOIJMAN merkt op, dat het door den heer
Van der Ven gesignaleerde euvel zich bijna uitsluitend
voordoet bij stormachtig weer. Kan men nu niet bij storm
weer daarop controle uitoefenen, vraagt Spr.
Wethouder VAN DER WERF antwoordt, dat zulks zal
worden nagegaan.
De heer GRUIJS wil juist op het omgekeerde de aandacht
vestigen. Het komt bij winderig weer dikwijls voor, dat,