456 I "30 NOVEMBER 1938.
meer naar beneden moeten. De Belcrumpolder is nu eenmaal
geen geliefd oord om te wonen.
De 50 te bouwen arbeiderswoningen zullen komen daar,
waar er vraag naar is. Zij worden niet achteraf gezet. Meer
kan Spr. er op het oogenblik niet van zeggen.
Naar aanleiding van de mededeeling van den heer
Ko o ij man zegt Spr., dat Burgemeester en Wethouders
zullen nagaan, hoe die arbeiderswoningen in Culemborg zoo
voordeelig konden worden gebouwd.
De heer MEIJVIS maakt er den Voorzitter opmerkzaam
op, dat hij nog geen antwoord heeft gehad op zijn vraag,
betreffende de ministerieele circulaire in zake den bouw van
woningen voor groote gezinnen. Spr. zou het op prijs stellen
te vernemen, wat Burgemeester en Wethouders te dien
opzichte denken te doen.
De VOORZITTER antwoordt, dat daaromtrent nog nadere
aanwijzingen van hoogerhand moeten binnenkomen. Zoodra
deze ontvangen zijn, zullen Burgemeester en Wethouders de
zaak ter hand nemen.
Zonder verdere opmerkingen wordt Hoofdstuk
V daarop goedgekeurd en vastgesteld.
Hoofdstuk VI. Openbare Werken.
Algemeene beschouwingen.
De heer VAN DEN WIJNGAARD verklaart erkentelijk
te zijn voor de toezegging van Burgemeester en Wethouders,
met betrekking tot de vacantie-bonnen in de Memorie van
Antwoord gedaan. Spr. dringt evenwel op spoed aan.
De heer VAN DER VEN geeft Burgemeester en Wet
houders in overweging, bijzondere aandacht te wijden aan
het pand van wijlen den heer Kuselbos in de Diest-