wmi
30 NOVEMBER 1938.
465
een gedeelte van die begraafplaatsen af te zonderen voor
algemeen gebruik.
De VOORZITTER antwoordt, dat de onderhandelingen
met de bijzondere begraafplaatsen zijn afgesprongen. Van
daar dat Burgemeester en Wethouders thans doende zijn
over plannen tot aanleg van een nieuwe algemeene begraaf
plaats of tot verbetering van de bestaande. Het terrein van
de bestaande algemeene begraafplaats is daarvoor zeer ge
schikt, doch de toegangsweg is slecht. Burgemeester en Wet
houders zoeken nu naar een bevredigende oplossing.
De heer HEER vreest, dat, bij verbetering van de bestaan
de algemeene begraafplaats, deze den bijnaam „paarden-
kerkhofzal blijven behouden, hetgeen een zeer ongunsti-
gen invloed zou hebben op het gebruik.
De VOORZITTER verwacht, dat, als zij een behoorlijke
begraafplaats geworden is, de algemeene begraafplaats dien
bijnaam vanzelf wel zal verliezen.
De post wordt daarop goedgekeurd en
vastgesteld.,
Hoofdstuk VI wordt vervolgens in zijn geheel
goedgekeurd en vastgesteld.
Hoofdstuk VII (Eigendommen, niet voor den
publieken dienst bestemd) wordt zonder eenige
bedenking goedgekeurd en vastgesteld.
Hoofdstuk VIII. Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen.
Algemeene beschouwingen.
De heer HEER zegt het volgende:
Mijnheer de Voorzitter.
Voor den toestand op onderwijs-gebied gelden nog de-