474 30 NOVEMBER 1938. zichte van het voorbereidend lager onderwijs willen door voeren, dan zal dat de Gemeente tienduizenden guldens kosten, daar het Rijk hierin geen bijdrage verleent. De heer MABELIS zegt, dat de Gemeente niet wettelijk verplicht is tot oprichting van kleuterscholen. Spr. heeft echter het beroep van den heer Heer op het recht op openbare kleuterscholen toch met genoegen gehoord en wel in verband met de kwestie van de subsidieering der Chr. H.B.S. te Dordrecht. Toen die kwestie hier een paar jaren geleden behandeld werd, heeft Spr. den heer Heer niet gehoord om hem bij te vallen bij zijn beroep op het onge schreven recht op Christelijk middelbaar onderwijs. De hou ding van den heer Heer is dus veranderd. Dit verheugt Spr. Waar hier ter stede het openbaar lager onderwijs snel achteruit gaat, wil het er bij Spr. niet in, dat er zoo'n drin gende behoefte aan een openbare kleuterschool zou zijn. Maar, als hij den heer Heer goed begrepen heeft, dan wil deze de kleuterschool gebruiken als kweekplaats voor de openbare lagere school. Dit is echter niet de taak van de gemeente. Er staat voor den heer Heer c.s. ook nog de gelegenheid open om zelf b.v. door de Vereeniging „Volksonderwijs" een kleuterschool te stichten. Deze schooi krijgt dan een zelfde subsidie van de Gemeente als de andere bijzondere bewaarscholen genieten. De Vereeni ging „Volksonderwijs" heeft nooit anders gedaan dan zich beroepen op de gemeente voor de oprichting van scholen; laat zij nu zelf eens wat doen. De heer COHEN wil de opvatting, dat er hier weinig be hoefte aan een openbare kleuterschool zou bestaan, ten stel ligste tegenspreken. Elet is hem bekend, dat velen hun kin deren naar de Nutskleuterschoo! sturen, alhoewel die school ver van hun woning gelegen is. Voor velen is de Nutskleu- terschool echter te duur; zij zien zich daarom verplicht hun

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1938 | | pagina 474