120
10 APRIL 1940.
postvrij mag worden verzonden is er eene, waarvan de
beantwoording niet op den weg van Breda ligt.
Terecht heeft de heer Spo elder erop gewezen, dat
financieele beweegredenen niet voorop hebben gestaan bij
de samenstelling van het grenswijzigingsplan. De financieele
toestand van Breda is niet zorgwekkend, zeker niet in
vergelijking met andere gemeenten. Er is dan ook alle hoop,
dat Breda de financieele inzinking, welke de gemeente als
gevolg van de ongunstige tijdsomstandigheden thans door
maakt, spoedig te boven zal komen, als de tijden wat ver
beteren. Het gaat hier echter niet om geld, het gaat om
de levensbelangen van de gemeente. Gedeputeerde Staten
en de Regeering zullen de vraag wel beantwoorden, of de
overblijvende deelen van de randgemeenten voldoende
levenskracht zullen hebben. Dat de grenswijziging moet
komen, nu of over enkele jaren, staat voor Spr. absoluut
vast. Beter is het daarom nu de knoop door te hakken,
voordat er onherstelbare fouten op stedebouwkundig en
ander gebied zullen zijn begaan.
De heer VAN HOUTEN meent na de uitvoerige rede
van den heer S p o e 1 d e r met een kort woord namens
de S. D. A. P.-fractie te mogen volstaan. Het is algemeen
bekend, dat de grenswijziging van 1927 niet de oplossing
gebracht heeft, welke ervan werd verwacht. Het bewijs
van deze bewering moge reeds gezien worden in het feit,
dat alreeds eenige jaren na 1927 pogingen werden aan
gewend en stemmen opgingen om te komen tot een meer
definitieve oplossing. Daaruit is tenslotte het voorliggende
plan gegroeid, waarmede Spr. en zijn fractie zich volkomen
kunnen vereenigen.
Spr. stelt er prijs op te verklaren, dat de S. D. A. P.-
fractie zich zeer verheugt over de uiterst faire en zakelijke
wijze, waarop het gemeentebestuur van Breda deze zaak
heeft voorbereid indien de heer Brinkerhof in
Ginneken anders heeft beweerd, kan Spr. niet nalaten te