168 25 APRIL 1940. overgang aan. den Terheijdenscheweg een voetgangerstunnel te maken. Heeft het College van Burgemeester en Wet houders die aangelegenheid al bekeken, vraagt Spr. De VOORZITTER antwoordt, dat die aangelegenheid inderdaad is nagegaan. Daarbij is gebleken, dat een tunnel bij den spoorwegovergang aan den Terheijdenscheweg ontzaglijk veel zou kosten omdat die overgang breeder is dan aan de Markkade en den Belcrumweg. De kosten zullen f 74.000,bedragen, hetgeen erg veel is, vooral als men in aanmerking neemt, dat het daar minder druk zal worden, wanneer in de naaste toekomst het verkeer van en naar Rotterdam niet meer over den Terheijdensche weg gaat. De heer KOOIJMAN vraagt, of hij het resultaat van het onderzoek zou mogen zien. De VOORZITTER zegt, dat de desbetreffende stukken ter inzage zullen worden gelegd. 6. De heer VAN GASTEL merkt op, dat het aanvan kelijk voor 13 en 14 April j. 1. uitgevaardigde tapverbod later is ingekort. Dit bericht heeft vele caféhouders te laat bereikt om daarvan nog te kunnen proflteeren» Het café bedrijf is echter voor 80 °/0 ingesteld op den Zaterdag en den Zondag. Het beteekent dus voor de caféhouders heel wat, als zij de inkomsten van die dagen moeten missen. Spr. verzoekt daarom den Burgemeester, te willen bevorderen, dat de militaire overheid ten deze wat soepel optreedt. De VOORZITTER zegt, dat hij de bevoegde instantie daarover eens zal schrijven. Het telegram, waarbij het tapverbod op Zaterdagavond 13 April vanaf 6 uur werd ingetrokken, heeft Spr. eerst dien avond om half 10 ont vangen; er was toen uiteraard weinig meer aan te doen,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1940 | | pagina 168