242
30 JULI 1940.
raadde daarbij sterk aan te evacueeren. Het verkeer
ongetwijfeld dat met auto's zou spoedig worden ver
boden; het werd dien avond nog toegestaan.
Om 9.30 uur 's avonds werd een bijeenkomst gehouden
van leiders van de evacuatie.
Besloten werd te evacueeren, maar goed voorbereid.
Een proclamatie aan de bevolking zou uitgaan. De winkels
zouden den anderen dag (Zondag) open blijven om ge
legenheid te geven tot het doen van inkoopen. De zieken
en ouden van dagen zouden verder worden afgevoerd.
De bevolking zou Maandagmorgen worden weggevoerd.
Aangeraden werd zooveel mogelijk voorraden mee te nemen
en verder wat in de proclamatie zou staan. Vier groote
vrachtauto's zouden worden volgeladen met meel, suiker,
erwten enz. en worden meegenomen. Klein vee (honden,
kippen enz.) moest worden afgemaakt. De Wethouder der
Bedrijven zou met den Directeur van het Slachthuis enden
Directeur der Reiniging dit regelen. Groot vee zou den
polder in worden gejaagd. Uitwijken naar het Noorden
was onmogelijk. Naar het Oosten eveneens, in verband met
het oprukken der Duitschers. Naar het Westen kon niet
volgens den Franschen Commandant, in verband met het
oprukken van zijn troepen. Bleef dus over de richting naar
Antwerpen. In verband met het feit, dat de Franschen
langdurig weerstand zouden bieden, was het onmogelijk om
de geheele bevolking in kleine plaatsen, Zuidelijk van
Breda gelegen, te houden, te meer omdat deze eveneens
strijdtooneel zouden worden door het verband van de
Markstelling met een Belgische linie.
Gedurende de vergadering werd het Departement van
Binnenlandsche Zaken opgebeld en den Secretaris-Generaal
den toestand uiteengezet. Deze meende eveneens, dat
evacuatie naar Antwerpen gewenscht was. Hij zou contact
opnemen met de Belgische Regeering om de komst der
Bredanaars voor te bereiden. Dit is inderdaad geschied.
Met iedere colonne van 1000 te evacueeren personen