352 7 NOVEMBER 1940. uitgemaakt, dat het kan. Men mag dan terugkeeren tot de tegenwoordige prijzen. Spr. ziet het bezwaar niet in om de zaak aan Burgemeester en Wethouders over te laten. De wijziging der prijzen gaat immers niet willekeurig, doch aan de hand van een vaststaande formule. De VOORZITTER merkt op, dat de wijziging van den gasprijs eigenlijk niet wordt gedelegeerd; zij komt automa tisch tot stand en gaat zoowel omhoog als omlaag, naar gelang van de uitkomst der formule. Burgemeester en Wet houders rest alleen het maken van de berekening. De heer VAN HOUTEN zegt, dat de formule op zich zelf heel aardig lijkt. Maar, zegt Spr., men verliest hierbij uit het oog, dat in de verschillende gemeenten de tariefs- politiek zeer uiteenloopt. Hoe gaat nu de formule voor het geheele land op? Volgens Spr. moet de Raad dit be kijken aan de hand van zijn tarievenpolitiek. De VOORZITTER antwoordt, dat Burgemeester en Wethouders slechts overeenkomstig de formule hebben te berekenen, hoe de gasprijs worden zal. Dit heeft niets roet tarievenpolitiek te maken. De verschillende tarieven-systemen blijven bestaan. De Raad kan daarin desgewenscht steeds verandering brengen. Wethouder STRUIKEN merkt op, dat het de bedoeling is, de tarieven telkens aan te passen aan den gewijzigden gasprijs. In de systemen zelf wordt echter geen verandering gebracht. Spr. wil daarom een tusschen-voorstel doen laat men Burgemeester en Wethouders de gasprijzen doen wijzigen overeenkomstig de in overleg met het Departement van Handel, Nijverheid en Scheepvaart vastgestelde for mule: zij zullen dan telkens de Gascommissie daarbij hooren. De heer VAN GASTEL heeft gelezen, dat de gemeen telijke gasfabrieken dezen winter maar 80°/o van de gewone

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1940 | | pagina 352