BBSLOTDN VERGADERING VAN DSN RAAD EER GEMEENTE BREDA OP 25 SEPTEMBER 1940
Aanwezig: alle leden.
Voorzitter: de heer B.W.Th.VAN SLOBBE,burgemeester.
Secretaris: de heer Mr.Ph.I.E.VAN WDENSEL.
De VOORZITTER opent de vergadering en zegt,dat B.en W.den Raad voorstellen
een viertal Bredasche burgers dank te brengen voor hetgeen zy v56f en
na de evacuatie ten behoeve van de stad en haar bevolking hebben ge
daan.De bedoeling is: lo.den eere-penning der stad Breda uit te reiken
aan den heer dr.H.J.L.Struycken Sr.,die het eerst naar Breda is terug
gekeerd, contact met de Duitsche autoriteiten heeft opgenomen,daarna in
het voorloopig stadsbestuur zitting heeft genomen en nog steeds het
Gemeentebestuur van advies dient,waar het vraagstukken betreft,welke
de volksgezondheid raken;2o.een oorkonde aan te bieden aan den heer
C.J.Asseibergsdie een colonne Bredasche geëvacueerden naar Zeeuwsch-
Vlaanderen heeft geleid.De heer Asselbergs heeft zich al eerder op
economisch gebied verdienstelyk gemaakt voor de stad en haar bevolking
en heeft daarvoor alreeds den eere-penning der stad Breda ontvangen;
3.0den eere-penning uit te reiken aan den heer Mr.G.E.F.M.van der
Schrieck,die tot de eersten behoorde,die met gevaar voor eigen leven
contact hebben verkregen met de Duitsche troepen,welke Breda hadden be
zet, en ten slotte aan den heer J.M.Meeüsvooral voor hetgeen deze heeft
gedaan voor het terugvoeren der geëvacueerden naar Breda.
Spr.vraagt,of de Raad er mede accoord gaat, dat aan deze hülren,behalve
den heer Asselbergs,de eere-penning wordt uitgereikt en dat den heer
Asselbergs,die dezen penning reeds bezit,een oorkonde wordt aangeboden.
Zoo ja,dan zal de aanbieding vaneen en ander straks plaats hebben en
den heeren openlyk hulde worden gebracht voor hun verdiensten.
Niemand der leden hiertegen eenige bedenking heb
bende, wordt dienovereenkomstig besloten.
De heer COHEN wil gaarne een opmerking maken naar aanleiding van het
onder punt 47 der agenda voorkomende voorstel van B.en W* tot toe
kenning van gratificaties aan gemeentepersoneel wegens bvzondere
diensten,bewezen by de evacuatie van Breda.Spr.neemt gaarne aan,dat
de in dit voorstel genoemde ambtenaren byzondere diensten hebben be
wezen, maar zegt Spr.,v/ie van het gemeente-personeel heeft dat niet
gedaan? Spr.gelooft,dat alle ambtenaren in die dagen byzondere dien
sten bewezen hebben.De Voorzitter heeft dat zelf verklaard in de
vorige vergadering,toen hy een overzicht van de evacuatie gaf.Vele