16 JANUARI 1940.
45
2e. Naar aanleiding van de vragen, gesteld door den
heer Cohen tijdens de behandeling der begrooting 1940,
betreffende het gebruik van dienstrijwielen dcor de Politie,
kan worden opgemerkt, dat het inderdaad wel mogelijk
zou zijn, iederen agent een eigen rijwiel ter beschikking
te stellen. Dit systeem zou echter veel duurder komen dan
de thans gevolgde methode, welke bovendien zeer goed
voldoet. Voorts zou het grootere getal fietsen, op het
Bureau aanwezig, belangrijk meer bergruimte vorderen dan
thans beschikbaar is. Voor verandering van systeem wordt
daarom niet gevoeld.
De heer COHEN kan zich niet voorstellen, dat de stalling
moeilijkheden zal geven. Bij iederen tak van dienst is er
toch een behoorlijke rijwielbergplaats aanwezig. Waarom
zou dat bij de Politie niet kunnen.
Spr. houdt zich er voorts van overtuigd, dat de kosten
van het door hem aanbevolen systeem zeer zullen meevallen.
Er zullen wel meer rijwielen zijn, maar elk daarvan zal
veel minder gebruikt worden en dus minder slijten. Er zal
ook geen bezwaar zijn, dat de agenten de fietsen na afloop
van den diensttijd mee naar huis nemen. Bij andere be
drijven gebeurt dit ook. Om misbruik te voorkomen, kunnen
de rijwielen behoorlijk worden gemerkt, b. v. door het
spatbord in bepaalde kleuren te schilderen.
De VOORZITTER merkt op, dat slechts bij enkele
diensten en dan nog in speciale gevallen de dienstrijwielen
mede naar huis mogen worden genomen.
De heer KOOIJMAN stelt de vraag, of het niet mogelijk
is, voor het gebruik van eigen rijwiel een vergoeding te
geven, ongeveer op de manier als voor kleeding gebruikelijk is.
De VOORZITTER antwoordt, dat dan ook contröle
op de kwaliteit en den welstand zal moeten worden uit
geoefend, hetgeen ook bezwaren meebrengt. De kwestie is