16 JANUARI 1940. 49 Eerst is getracht van de Inspectie der Nederlandsche Spoor wegen een betere reisregeling te verkrijgen dit bleek niet mogelijk. Daarna is dit ook nog geprobeerd door bemid deling van den Militairen Etappe- en Verkeersdienst, echter evenmin met succes. Het werk, dat de arbeiders verrichtten, had veel haast met het oog op militaire belangen. Men denkt in 6 a 8 weken gereed te zijn, zoodat het werk spoedig beëindigd zal zijn. In verband met een opmerking in den Raad daaromtrent is een onderzoek ingesteld naar de vraag, of de arbeiders uit Tilburg op de werkverschaffing te Mill meer verdienden dan de Bredanaars. Daarbij is aan de hand van door de Inspectie overgelegde cijfers en loonstaten gebleken, dat van een bevoordeeling van Tilburgers geen sprake is. Niet uit het oog mag daarbij worden verloren, dat Tilburg in een hoogere loonklasse voor de werkverschaffing staat dan Breda. Met vele voorbeelden van verdiende loonen licht Spr. dit uitvoerig toe. De klacht is alzoo niet houdbaar gebleken. Naar aanleiding van een vraag van den heer Van Houten over de wachttijdregeling deelt Spr. mede, dat het ter sprake gebrachte geval, waarin 10 wachtweken waren opgelegd, bij onderzoek geheel correct is gebleken. Er waren echter inmiddels andere bezwaren tegen de wachttijdregeling aan het licht gekomen, zoodat het College het beter achtte, deze regeling in te trekken. Wethouder STRUIKEN wil gaarne deze gelegenheid aangrijpen om verslag uit te brengen van zijn onderzoek betreffende het ophalen van huisvuil in de Duitenhuisstraat. Het is Spr. niet mogelijk gebleken, een verandering ten goede aan te brengen. De ophaalauto zou achteruit de straat moeten inrijden, waardoor het verkeer op den hoofd weg gestagneerd wordt. In de straat zelve staan veelal wagentjes van personen, die voor de conservenfabriek werken, daarmede den weg voor de ophaalauto volledig

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1940 | | pagina 49