6 MAART 1940.
81
plaatselijke afdeeling. Deze bond werkt niet direct in de
practijk het is meer een administratief bureau, dat de
algemeene leiding heeft.
Wethouder VAN MIERLO wil even terugkomen op
de z. gn. volgzaamheid van Burgemeester en Wethouders.
Als men mij vraagt zegt Spr. hoe vindt U die geste
van Ged. Staten? Dan zal ik antwoorden: klein. Maar
aan den anderen kant weet Spr., dat de Provinciale Bond
van „Het Wit-Gele Kruis" niet door het niet-toekennen
van die f 25 gedupeerd wordt. Het was dan ook meer
bedoeld als een blijk van waardeering voor het nuttige
werk, dat de Bond verricht, dan als een subsidie. Spr.
stelt zich daarom op het standpunt: als de Ged. Staten
„klein" willen zijn, laten wij hun dan hun zin geven; als
wij maar zorgen, dat wij ons schrap zetten, wanneer het
om belangrijke zaken gaat.
De VOORZITTER wil hieraan toevoegen, dat Burge
meester en Wethouders inderdaad getoond hebben zich,
wanneer dat noodig is, tegen de wenschen van de Ged.
Staten schrap te zetten Nog verleden jaar is hun uit den
Raad hulde gebracht voor hun ontwerp-antwoord op de
nota van aanmerkingen van Ged. Staten op de gemeente-
begrooting, waarin voet bij stuk werd gehouden, hetgeen
tot gevolg heeft gehad, dat het pleit in groote trekken
door Breda gewonnen werd. Spr. is het met den heer
Van Mierlo eens, dat, als het kleinigheden betreft,
men beter- kan toegeven.
De heer VAN DER WERF vindt, dat men die tactiek
niet moet blijven volgen, daar men op die manier steun
zou geven aan deze belachelijke ambtenarij Het moet maar
eens uit zijn met het zoek maken van tijd met zulke
futiliteiten, zegt Spr.