84
6 MAART 1940.
De heer LAUREIJ herinnert er aan, dat hij verleden
jaar, bij de behandeling van het voorstel tot toekenning
van een subsidie aan het Korps Vrouwelijke Vrijwilligers
voor het jaar 1939, zijn waardeering heeft geuit voor de
bereidwilligheid van de2e dames om de gemeenschap in
tijden van nood te dienen, maar dat hij zich toen tegen
het verleenen der subsidie heeft uitgesproken omdat hij er
niet van overtuigd was, dat deze subsidie beslist noodig
was. De Raad heeft de subsidie toen verleend, doch niet
dan nadat de Voorzitter op een desbetreffende vraag van
den heer Van Arendonk had geantwoord, dat het
de bedoeling was de subsidie voor één keer te verleenen.
Thans komen Burgemeester en Wethouders weder met een
voorstel tot subsidieering. Spr. heeft nog dezelfde waar
deering voor de bereidwilligheid der dames, maar hij blijft
zich ook nu nog verzetten tegen het toekennen van een
subsidie, aangezien hij de noodzakelijkheid daarvan niet
inziet. De rekening der Vereeniging over het jaar 1939
wijst uit, dat er nog een voordeelig saldo, groot f 82.63 is.
Spr. wil daarom geen subsidie geven Warneer de Ver
eeniging aan het einde van het jaar tekort zou komen, dan
kan zij altijd nog bij den Raad aankloppen.
De VOORZITTER wijst er den heer L a u r e ij op,
dat wordt voorgesteld een subsidie van maximaal f 250
toe te kennen, d. w. z. dat alleen het bedrag wordt uit
gekeerd, dat noodig is om de rekening 1940 zonder nadeelig
slot te doen sluiten en niet meer dan f 250. Dit staat
trouwens in het voorstel vermeld Spr. geeft vervolgens
een opsomming van de werkzaamheden, door het Korps
Vrouwelijke Vrijwilligers verricht. De dames hebben o. a.
10.000 distributiekaarten geschreven Had men dit werk
door betaalde krachten moeten laten verrichter, dan was
men daaraan alleen al een bedrag van f 250.kwijt geweest.
Voorts hebben zij voor den Bloedtransfusiedienst de bloed
gevers geregistreerd. Er werd een honderdtal leden opgeleid