25 APRIL 1941.
127
De heer LOONEN is het volkomen met den heer Van
Gastel eens. De 1ste Paaschdag behoort in den huiselijken
kring gevierd te worden; de kinderen dient men zooveel
mogelijk daartoe in de gelegenheid te laten.
De heer MABELIS heeft met groote voldoening de beide
vorige sprekers beluisterd. Hij sluit zich dan ook gaarne
bij hen aan. Spr. kan zich echter niet aansluiten bij het
verzoek van den heer Van Gastel om bij een volgende
gelegenheid de kermis op een anderen Zondag te doen
beginnen. Zijn standpunt te dezen is voldoende bekend.
De VOORZITTER zegt, dat Burgemeester en Wet
houders van meening waren, dat er geen bezwaar tegen
zou bestaan, de kermis op lsten Paaschdag te houden,
daar zij toch eerst na 12 uur begon. Zij hadden den aanvang
van de kermis juist naar den lsten Paaschdag verschoven
om den Witten Donderdag en den Goeden Vrijdag buiten
den kermistijd te laten. Wanneer er nog eens een Paasch-
kermis mocht komen, dan zal metde gemaakte opmerkingen
rekening worden gehouden.
Zonder verdere opmerkingen wordt het schrijven
van Burgemeester en Wethouders daarop voor
kennisgeving aangenomen.
9. Schrijven van Burgemeester en Wethouders, daarbij
ter kennisneming aanbiedende een drietal raadsbesluiten
tot wijziging van de verordeningen, regelende de voor
waarden voor de levering van gas, electriciteit en water
(Bijlagen 1941, no. 75).
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
10. Schrijven van Burgemeester en Wethouders, daarbij
ter goedkeuring aanbiedende de rekening van de Stichting
„Oude-Mannenhuis" over het jaar 1940, met voorstel deze