De VOORZITTER antwoordt,dat daarvoor voorschriften bestaan; geen woning mag aan haar bestemming worden onttrokken zonder toestemming van B.en W. De heer VAN OOSTERHOUT vraagt,of de prys,welke voor de woningen is geboden, niet te laag is.Zy zyn indertyd aanmerkelyk verbeterd. Wethouder VAN MIERLO antwoordt,dat de woningen ieder jaar zeer veel aan on derhoud kosten;er wordt jaarlyks ruim f.3700,- op afge schreven.Spr.acht het bod zeer aannemelyk. De heer VAN OOSTERHOUT acht het niet onmogelyk,dat de kooper de woningen op knapt en ze dan met veel winst van de hand doet.Spr. vraagt,of het niet meer op den weg der Gemeente ligt, I zulks te doen. De VOORZITTER antwoordt ontkennend en merkt op,dat,als de kooper de woningen verbetert,dit niet anders dan de woningmarkt ten goede kan komen. De heer LOONEN kan niet inzien,dat hier sprake zal kunnen zyn van veel winst maken,daar,ook net een eventueele verbetering der wonin gen, de huren,in verband met de bepalingen der Huurprys- verordening,ongeveer dezelfde zullen moeten tolyven. De VOORZITTER deelt de zienswyze van den heer Loonen;de huren mogen inder daad niet opgedreven worden.Voorts verklaart Spr.,dat j B.en W.op het oogenblik geen kans zien,méér voor deze woningen te krygen. De heer VAN DER WERF vraagt,of er geen utiliteitsberekening is gemaakt; dit zou voor den Raad het nemen van een beslissing zeer ver- gemakkelyken De VOORZITTER wyst er op,dat de woningen in kwestie oorspronkelyk woningen van semi-permanenten aard waren.Zv zyn nadien weliswaar verbeterd,doch de vraag is: hoelang gaan zy nog mee Als er meer nieuwe arbeiderswoningen aan de markt komen, dalen zy ongetwyfeld in waarde Den heer MEYVIS is het bekend,dat het zeer slechte woningen zyn.Zy zyn inder tyd door werklooze sigarenmakers in werkverschaffing ge bouwd en hebben vele gebreken. De heer KCOYMAN gelooft,dat het 't beste is,die woningen maar op te ruimen. - 2 -

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1941 | | pagina 224