66
14 JANUARI 1941.
Hij wijst er op, dat zooeven een voorstel is aangenomen,
betreffende den bouw van een viaduct over den spoorweg bij
Thalia", noodig voor den aan te leggen weg BredaBeek.
Het contract met de Nederlandsche Spoorwegen is zoodanig,
dat het viaduct moet worden afgebroken, wanneer tot Ver
hooging van het emplacement wordt overgegaan. Het geheele
ingestoken kapitaal is alsdan verloren, wat niet het geval is
bij de tunnel van de Terheijdenstraat. Hij vraagt nogmaals de
aandacht van Burgemeester en Wethouders voor deze belang
rijke kwestie.
De VOORZITTER zegt, dat is nagegaan, waar de meest
geschikte plaats is om een tunnel onder den spoorweg te ma
ken. Men is daarbij tot de conclusie gekomen, dat zulks het
best aan de Terheijdenstraat kan geschieden. Er is dus een
goede kans, dat daar een tunnel komt.
De heer VAN DER WERF merkt op, dat, als de verhoo
ging van het Stationsemplacement tot stand komt, het maken
van die tunnel niet noodig is.
De VOORZITTER: Men kan ook zóó redeneeren: Als
wij daar een tunnel maken, is er geen reden om tot verhoo
ging van het emplacement over te gaan.
Alsnu schorst de VOORZITTER de openbare vergade
ring, welke daarop overgaat in eene met gesloten deuren.
Na heropening der openbare vergadering stelt de VOOR
ZITTER namens Burgemeester en Wethouders voor, de 55
gemeente-woningen, staande aan den Zandbergweg, de
Zandberg dwarsstraat en de Leij straat te verkoopen voor een