7 MAART 1941. 95 de Gemeente toebehoorenden braakliggenden grond voor beteling met voedingsgewassen ware te benutten. Zelfs de gazons in het Wilhelminapark en de strooken grond langs den z.gn. rondweg zijn daarbij niet aan de aandacht ont snapt. Het resultaat van dit onderzoek is geweest, dat slechts 10 H. A. voor onmiddellijke bebouwing met voedings gewassen in aanmerking kunnen komende rest bestaat uit zandgrond. Spr. gelooft niet, dat houders van volks tuintjes veel aan dien grond zouden hebben om daarop te telen. De heer Me ij vis dringt nu wel op beschikbaarstelling van grond voor den aanleg van volkstuintjes aan, maar er is een periode geweest, dat de Gemeente geen grond voor dit doel kwijt kon. Daarbij komt, dat het nu juist niet in de huidige economische situatie past, te bevorderen, dat de menschen alleen voor zich zelf zorgen; het kan in de toe komst zelfs noodig blijken, dat particuliere telers hun voorraad moeten afstaan te algemeenen nutte. Het gaat thans om een voorziening, welke ten nutte van allen zal strekken Wanneer de omstandigheden zich later gewijzigd hebben, kan wederom grond voor volkstuintjes worden afgestaan, echter niet de grond in kwestie; deze is voor bebouwing of voor parkaanleg bestemd. Zonder verdere opmerkingen wordt daarop conform het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. 37. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot goedkeuring van het plan voor den bouw van een nieuwe Gasbrug (Bijlagen 1941, no. 50). Niemand der leden hiertegen eenige bedenking te kennen gevende, wordt dienovereenkomstig besloten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1941 | | pagina 95