10 S 12 OCTOBER 1945.
vl
„krijgen, omdat vele andere gemeenten door hun totaal onvol
doende outillage op brandweergebied o.m, op Breda zijn aan
gewezen. Bij de thans heerschende schaarschte op schier elk
„gebied moet vernietiging tengevolge van brand zoo effectief
„mogelijk bestreden en beperkt worden.
Volkshuisvesting. „Ook in Breda is het tekort aan woning-
„ruimte aanzienlijk. Het stilliggen van de bouwnijverheid, de
„verwoesting en beschadiging van vele woningen tengevolge
,van oorlogsgeweld; het aanwezig zijn in onze gemeente van
„velen, die in andere gemeenten werden uitgewezen of elders
„hun woning verloren tengevolge van oorlogshandelingen, zijn
„even zoovele factoren welke de woningnood deden stijgen.
„Het woningtekort in Breda is te stellen op 2500 a 3000 wo
ningen. De Woningnoodcommissie doet wat in haar vermo-
„gen ligt om de beschikbare woonruimte in redelijkheid zoo
„goed mogelijk te verdeelen. Gezien de ontstellende woning
toestanden in gemeenten waar de oorlog omvangrijke ver
woestingen aanrichtte en waar de bouw van noodwoningen
„veel urgenter is dan in Breda, terwijl de nood aan bouwma
terialen zelfs daar een ook maar eenigszins snelle noodwo-
„ningenbouw belemmert, is niet te verwachten dat in Breda
„binnenkort gelegenheid zal zijn om tot het bouwen van nood
woningen over te gaan.
Evacuatie en repatvieering„De evacuatie van personen,
„woonachtig in westelijk en noord-westelijk Noord-Brabant
„vooral, doch ook uit andere deelen van onze provincie en
„uit de provincie Gelderland was een probleem, dat veel zor-
,gen heeft gebaard.
.Tusschen 1 November 1944 en 1 Maart 1945 dreigden als
„het ware eiken dag groote aantallen personen op korten ter-
wijn naar Breda te worden geëvacueerd als gevolg van ver
woestingen en gevechtshandelingen. Onze gemeente had te
„zorgen voor onderdak, dekking, ligging en voedsel. Bij de
„schaarschte aan daarvoor geschikte gebouwen, alsmede aan
„bijna algeheel gebrek aan dekking en eetgerei waren de
„moeilijkheden bijna onoplosbaar. De inwoners onzer gemeente
„en de leiders van de na de bevrijding inmiddels weer te
„voorschijn gekomen organisaties, waaronder de Katholieke