\l 14 12 OCTOBER 1945. „waarin het contact tusschen het College van B. en W. en „den Raad geheel was verbroken. „De Raad verblijdt zich over dat herstelde contact omdat ons „dit levendig voor oogen stelt, dat de tijd van overheersching „en rechtsverkrachting nu zoover achter ons ligt, dat herstel „van meer normale verhoudingen is aangebroken en gestadig „verder voortschrijdt. De Raad doet dat, ondanks het feit, „dat het middel, waardoor dit nieuwe contact is tot stand ge- „bracht, niet de onverdeelde instemming wegdraagt. Alléén „het woord tijdelijke maakt het accepteeren van dit instituut „minder bezwarend. „Het stemt tot voldoening te hooren, M. de V., dat ook tijdens „de bezetting het bestuur over de gemeente in werkelijkheid „door het College van Burgemeester en Wethouders is ge- „voerd, hoewel de macht door den bezetter geheel in handen „van den Burgemeester was gelegd. „Mijnheer de Voorzitter, wellicht ligt in de toen gevolgde „handelwijze, nu belangrijke bevoegdheden van den Raad „naar Burgemeester en Wethouders zijn overgeheveld, een „aansporing om, thans natuurlijk binnen de perken van de wet telijk afgebakende bevoegdheden, een weg te zoeken, ook „voor die zaken het contact met den Raad zooveel doenlijk „te behouden. Het komt ons voor, M. de V., dat de behoefte „van den Burgemeester aan den steun der wethouders, ook bij „het toekomstige college aanwezig zal zijn ten opzichte van „den Raad. De positie van een college kan daardoor alleen „worden versterkt. „Na Uw uitvoerige uiteenzetting, Mijnheer de Voorzitter, zou „het slechts een minder volkomen en gebrekkige herhaling „kunnen zijn daar punt voor punt op in te gaan. Voor een „enkel punt moet daarop echter een uitzondering worden ge- maakt. „De Raad stelt het op hoogen prijs zich aan te sluiten bij de „woorden door U gewijd aan die velen, die, op welk tijdstip „ook, op eenigerlei wijze zijn gevallen als slachtoffers van „dezen barbaarschen oorlog, waarbij inzonderheid wordt ge- „dacht aan hen, die, zooals U het hebt gezegd „in koppig „volgehouden verzet" welbewust het risico op zich hebben

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1945 | | pagina 14