36 22 NOVEMBER 1945. Voorzitter: de heer B. W. TH. VAN SLOBBE, burge meester. Secretaris: de heer Mr. PH. I. E. VAN WOENSEL. De VOORZITTER opent de vergadering en spreekt het gebed uit, waarvan de tekst is opgenomen in artikel 8 a van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van den Ge meenteraad. De heer MABELIS spreekt als oudste lid van den Raa I er zijn voldoening over uit, dat de Raad na langen tijd den Burgemeester weer in zijn midden heeft. Spr. wenscht den Burgemeester geluk met zijn terugkeer. Ondanks alle waar deering voor de prestaties van den heer Van Mierlo als loco burgemeester, is Spr. oprecht verheugd over dien terugkeer. Spr. hoopt, dat den heer Van Slobbe de kracht geschonken mag worden om nog jaren het burgemeesterschap waar te nemen. De VOORZITTER dankt den heer Mabelis voor zijn vriendelijke woorden. Het doet hem veel genoegen weder den Raad te mogen voorzitten. Wethouder Van Mierlo, die gedu rende den tijd van Spr.'s afwezigheid het burgemeestersambt op buitengewoon goede en sympathieke wijze heeft waarge nomen, heeft den vorigen keer reeds een overzicht gegeven van hetgeen er in de laatste jaren is gebeurd. Spr. behoeft daarop niet terug te komen, doch wil alleen opmerken, dat wij thans leven onder uiterst moeilijke omstandigheden; op ver schillend gebied is de zaak ontwricht; de menschen zijn uit hun evenwicht geslagen; velen zijn moedeloos, ontevreden, verbit terd; het geheel loopt stroef. Nieuwe denkbeelden omtrent de maatschappelijke structuur, welke trouwens al vóór den oor log bestonden, zijn thans in sterkere mate naar voren geko men; men eischt de verwezenlijking daarvan. Het kost groote moeite daaraan onder de huidige omstandigheden vorm te ge ven. De Raad zal dat voor een deel moeten doen. Spr. is ervan overtuigd, dat de Raad het vaste voornemen heeft zulks tot

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1945 | | pagina 36