50
22 NOVEMBER 1945.
bevolking en zeker de Bredasche bevolking, die een glaasje
bier of een borrel lust, maar daarvan geen misbruik maakt.
Wat Burgemeester en Wethouders hier voorstellen, beteekent
practisch handhaving van den bestaanden toestand. Het wet
telijk maximum is immers voor Breda 160 drankvergunningen,
terwijl er reeds 174 zijn. De bestaande toestand heeft echter
nooit aanleiding gegeven tot ernstige critiek. Terugbrengen
van het aantal vergunningen van 174 tot 100 zou het drank
misbruik niet beteugelen. Verbodsbepalingen kunnen integen
deel funeste gevolgen hebben; men behoeft daarvoor niet eens
naar Amerika te kijken. Op deze gronden kan Spr. zich met
het voorstel van Burgemeester en Wethouders vereenigen.
Er is echter nog iets anders. Er zijn nog vergunninghou
ders, die denken, dat de Drankwet er is om tusschen de mazen
door te glippen; die sterken drank verkoopen aan dronken
menschen; die gevangenisstraffen krijgen maar net niet vol
doende om hen aan de hand van de Drankwet hun vergunning
te ontnemen. Er zijn nog kroegen in de meest leelijke betee-
kenis van het woord. Spr. gelooft, dat het op den weg van
de politie ligt om alles in het werk te stellen om argumenten
te verzamelen, ten einde deze onmaatschappelijke vergunning
houders hun vergunning te ontnemen. Op den weg van Bur
gemeester en Wethouders ligt het, toe te zien dat vergunnin
gen in de toekomst uitsluitend aan zeer betrouwbare caféhou
ders worden verstrekt.
Er is nog meer. Er zijn na de bevrijding N.S.B.-vergun
ninghouders gearresteerd. Het wachten is thans op de uit
spraak. In elk geval moet voorkomen worden, dat deze ver
raders weer in de gelegenheid worden gesteld in hun café's
den geest te verpesten. Desnoods moet er maar een stok ge
zocht worden om den hond te slaan (drie maanden onderdui
ken, geen beheerder aangesteld). Daardoor wordt het moge
lijk, dat straks enkele goede Bredanaars in staat gesteld wor
den eerder een vergunning te krijgen.
De VOORZITTER zegt, dat toen in 1935 het aantal
vergunningen officieel op 100 werd vastgesteld, Breda nog
geen 50.000 inwoners telde. Er waren toen 122 vergunningen;
