22 NOVEMBER 1945. 69 De heer BRINKERHOF merkt op, dat de Rijksbemiddelaar toch wel voeling zal hebben gehouden met de Stichting van den Arbeid. De VOORZITTER geeft toe, dat de loonen behoorlijk moeten zijn, maar de verhooging der loonen moet geordend geschieden, anders wordt het een chaos. Er zijn hier al maat regelen genomen om de loonen op te voeren; contact zal wor den opgenomen met het Rijksarbeidsbureau. 7. De heer BRINKERHOF wil zoowel voor het Grond bedrijf als voor de Financiën een vaste commissie van bijstand uit den Raad in het leven roepen. Dit zal zijns inziens de de batten vergemakkelijken. De VOORZITTER is daar niet zoozeer voor. Als de Raad nadere inlichtingen wil hebben over zaken het Grond bedrijf betreffende, dan wordt er een bijeenkomst in de Lees kamer belegd, waarin de Directeur van Openbare Werken alle gewenschte inlichtingen kan verstrekken. Wat de financiën betreft, kunnen de Wethouder en het Bu reau van Financiën van voorlichting dienen. Voorts worden de financieele aangelegenheden der Gemeente nog in Den Bosch en in Den Haag bezien. Wordt daarbij nu nog een commissie voor de financiën ingeschakeld, dan zullen de werk zaamheden daardoor vertraagd worden. Men moet de zaken niet moeilijker en ingewikkelder maken dan zij al zijn. De heer BRINKERHOF zegt, dat men wel mag veronder stellen, dat er ook in den Raad deskundigen op financiëel ge bied zitting hebben. Spr. zou die deskundigen in een commis sie willen samenbrengen. De VOORZITTER zegt, dat men niet moet vergeten, dat de Raad een wetgevend, Burgemeester en Wethouders een uitvoerend college is. Afgezien nog daarvan zou een commis sie, als de heer Brinkerhof op het oog heeft, in een gemeente

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1945 | | pagina 69