21 DECEMBER 1945.
81
De heer VAN DER MEULEN vindt een uurloon van
64 cent te laag; men komt dan aan een weekloon van
48 X 64 cent f30,72; dit is te weinig, Spr. meent.dat
het uurloon boven 64 cent ligt.
Wethouder KROONE gelooft, dat in accoord-loon wordt
gewerkt en dat dit het grondloon is.
De heer BRINKERHOF zou willen bepalen, dat de
geldende loonen moeten worden betaald.
De VOORZITTER zegt, dat de Gemeente geen ver
andering kan brengen in de loonen.
Wethouder VAN HAPEREN merkt op, dat er den
laatsten tijd een zekere verwarring heerscht tusschen de
^oonen van het Landbouwherstel en die van den D.U.W.
Bij de eene instantie wordt 64 cent en bij de andere 71
cent per uur gegeven en dan is er nog het verschil tusschen
civiel-technisch en cultuur-technisch werk. De scheidingslijn
is daartusschen niet altijd zoo gemakkelijk te trekken.
De VOORZITTER zegt, dat het hier eigenlijk een te
werkstelling betreft. Het lijkt Spr. daarom het beste te
beginnen met het werk uit te voeren en dan, wanneer
zulks noodig is, voor de tewerkgestelden op te komen;
misschien kunnen zij in een hoogere loonklasse worden
geplaatst.
De heer VAN DEN EEDEN merkt op, dat, als het een
cultuur-technisch werk is, de voor landarbeiders vastge
stelde loonen gelden; is het civiel-technisch dan gelden
die voor bouwvakarbeiders. Valt het werk nu onder de
cultuur-technische dan wel onder de civiel-techniscbe
werken? Dit nu is een strijdvraag.
De VOORZITTER zegt, dat. als de D. U. W. het
uitvoert, het dan een cultuur-technisch werk is.