132 2 MEI 1936. De heer VAN DEN EEDEN zegt, dat er vroeger bij de rondvraag was medegedeeld, dat de zaak zou worden be keken hij is blij te hooren, dat bij onwil zal worden ge vorderd. De VOORZITTER merkt op, dat er voortdurend wordt gevorderd. De heer HEER „Waar Wethouder KROONE Juist bij de grootere huizen. De VOORZITTER zegt, dat men ook niet uit het oog mag verliezen, dat grootere woningen niet altijd geschikt zijn voor samenwoning men tracht daarin dan kantoren te krijgen, waardoor andere meer geschikte panden vrij komen. Het denkbeeld om het personeel aan te vullen met dat van andere diensten is niet goed uit te voeren men moet daar speciaal personeel voor hebben. Men kan dat werk niet iedereen laten doen. De heer HEER merkt op, dat hij meer het oog had op administratief personeel. De VOORZITTER vindt, dat de Brandweer in de ka zerne moet blijven. Zij moet onmiddellijk bij de hand zijn. Als het noodig is, zal het personeel bij de Woningnoodcom missie worden uitgebreid. De heer BREKELMANS laakt de wijze van optreden van sommige controleurs van de Woningnoodcommissie. Dit draagt er niet toe bij om het publiek gunstig ten opzichte van de Woningnoodcommissie te stemmen. Wethouder KROONE weet, dat daar klachten over zijn. De bureauchef, de heer d e W e r d, draagt er dan ook zorg voor, dat de controleurs wekelijks worden geïnstrueerd. Spr. zal den heer d e W e r d hier nog eens op wijzen. De heer BRINKERHOF vraagt, of het de bedoeling is de Woningbureaux in te schakelen. Wethouder KROONE zegt, dat men den Woningbureaux

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1946 | | pagina 132