260 26 AUGUSTUS 1946. ARENDONK, A. M. VAN OOSTERHOUT, H. J. C. COSIJN, M. A. BEEKERS, Mr. A. A. M. STRUIJCKEN, Mr. E. L. H. M. VAN MIERLO, A. VAN HAPEREN en A. C. DIRVEN. Afwezig de heeren A. HALLEMA, K. KOEKKOEK, A. J. M. LAMBREGTS, M. J. A. I. OOMENS, S. PAU- LUSSEN, J. C. J. RUIJG, Ir. A. M- J. J. SMITS VAN WAESBERGHE en O. G. E. M. VERHAAK. Voorzitter de heer B. W. TH. VAN SLOBBE, bur gemeester. Secretaris de heer Mr. PH. I. E. VAN WOENSEL. DE VOORZITTER opent de vergadering en spreekt het gebed uit, waarvan de tekst is opgenomen in artikel 8 a van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van den Gemeenteraad. Vervolgens deelt Spr. mede, dat van de heeren Verhaak en Smitsvan W aesberghe be richt is ingekomen, dat zij verhinderd zijn deze vergadering bij te wonen. De heer BRINKERHOF deelt mede, dat de heer Hal le m a wegens ziekte niet tegenwoordig kan zijn. De VOORZITTER stelt daarop aan de orde 1. Vaststelling van de notulen der vergaderingen van 1, 2 en 8 Mei j.l. De VOORZITTER zegt, dat deze notulen, overeenkom stig het bepaalde in artikel 36 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van den Gemeenteraad, ter inzage voor de leden hebben gelegen en hun bovendien in druk zijn toegezonden. Spr- vraagt, of iemand der leden eenige be merkingen daartegen in het midden heeft te brengen. De heer VAN DER MEULEN merkt op, dat op blz 149

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1946 | | pagina 260