3 SEPTEMBER 1946. 281 Voorzitter de heer B. W. TH. VAN SLOBBE burge meester. Secretaris de heer Mr. PH. I. E. VAN WOENSEL. De VOORZITTER opent de vergadering en spreekt het gebed uit, waarvan de tekst is opgenomen in artikel 8a van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van den Gemeenteraad. Daarop stelt hij aan de orde 1. Beëdiging en installatie van de nieuwbenoemde leden van den Raad. Nadat door den VOORZITTER de betrekkelijke eeds formules zijn voorgelezen, worden door de heeren M e ij s, Cos ij n, Kramers. Roovers, Brekelmans, Brinkerhof, Laurey, VanHaperen, Dirven Verschuren, Van Gooi, Van Gils, Rom- som, Beekers, Van Arendonk, Van de Noort, Van Swol, Van O ij en, Sprangers, S t r u ij c k e n, M e ij e r s, Ten Holder, L a b a n, Heer, Van den Eeden, Van der Kleij Jonker, Verhaak, Mabelis, Schijen, Van Bijnen en Van Oosterhout achtereenvolgens in diens handen afgelegd de eed van zuivering en de eed van trouw, voorgeschreven in artikel 45 der Gemeentewet, en door de heeren Van Houten, Van der Meulen, Jongbloed, Kamphuijs en de Ruiter de ver klaring en de belofte van zuivering en de belofte van trouw, eveneens bedoeld in artikel 45 der Gemeentewet. De VOORZITTER wenscht den leden van den Raad van harte geluk met het vertrouwen, dat de kiezers in hen heb ben gesteld. Breda heeft nu weer een Raad, welke op nor male wijze is gekozen. Het getuigt van goeden burgerzin, dat zij hun benoeming hebben aanvaard. Goede burgerzin

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1946 | | pagina 281