15 NOVEMBER 1946 397 rwijs. its te iets blijkt het het agen Irage traat De VOORZITTER zegt, dat het bovenhuis aan de Singer-Maatschappij alS woonruimte is verhuurd. Spr. zal een onderzoek doen instellen. De heer HEER merkt op, dat er inderdaad een schrikbarend gebrek aan woonruimte is; ook voor andere doeleinden komt men ruimte te kort. In dit verband vraagt Spr. zich af, of het wel juist is dit pand aan de Singer-Maatschappij te verhuren, terwijl er in heel Nederland geen naaimachine is te verkrijgen. Het wil Spr. voorkomen, dat het beter zou zijn, het benedengedeelte van het pand aan een jeugdorgani satie in gebruik te geven en het bovenhuis voor woningruimte te bestemmen. De VOORZITTER wijst er op, dat er aanvankelijk twee woning ruimten ter beschikking waren. Als men zou doen, wat de heer HEER wil, dan bleef er maar één woningruimte over, want de Singer-Maat schappij zou dan in het pand St. Annastraat moeten blijven. De heer TEN HOLDER merkt op, dat ook in deze weer op het be sluit van den Raad is vooruitgeloopen. enen den nalig bij- oten. het tot wo- De VOORZITTER: Ten einde een gezin vlug aan een woning te kun nen helpen, namelijk in de St. Annastraat. Zonder verdere bedenkingen wordt alsnu conform het voor stel van Burgemeester en Wethouders besloten. 27. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot verhuring van twee lokalen van de voormalige Nutsschool aan de Catharinastraai aan de Brabantsche Blouse-Industrie (Bijlagen 1946, no. 192). De heer BREKELMANS heeft getracht met de Directie van de B. B.I. in contact te komen, doch is daarin niet geslaagd; hij heèft slechts enkele lieden van het kantoorpersoneel gesproken en verno men, dat de B.B.I. de lokalen in de Catharinastraat al op 1 Juli j.l. betrokken heeft; Burgemeester en Wethouders komen dus wel erg laat met dit voorstel. het 1946, De VOORZITTER zegt, dat zulks is geschied omdat de toestand in de Kraanstraat onhoudbaar was tengevolge van een gebrek aan de rioleering, hetwelk niet goed te herstellen was. Bovendien had de B.B.I. daar veel last van de bovenbewoners. t 49 rzet- van De heer BREKELMANS vraagt, of het pand Kraanstraat 1 inder tijd was gevorderd voor de B.B.I. De VOORZITTER antwoordt ontkennend. raat, imte in. het ners De heer BREKELMANS verzoekt, de verdere behandeling van dit voorstel tot de volgende vergadering aan te houden, ten einde hem in de gelegenheid te stellen de gewenschte inlichtingen in te winnen. De VOORZITTER heeft daartegen geen bezwaar. De heer BRINKERHOF vraagt, of de B.B.I. niet eens een aanvrage heeft ingediend om te mogen bouwen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1946 | | pagina 397