15 NOVEMBER 1946
401
stellen zeer hooge eischen, zoodat de inrichting van die panden veel
te duur wordt.
De heer HEER vraagt, of een andere oplossing niet mogelijk is, b.v.
door in plaats van hout een laagje beton te gebruiken.
De VOORZITTER zegt, dat men dan misschien beter twee nood
woningen voor kantoorruimte zou kunnen "mbouwen. Lit zou eens
kunnen worden bezien.
De heer HEER merkt op, dat er behalve Rijksbureaus ook nog par
ticuliere kantoren in de door den Voorzitter bedoelde panden zouden
kunnen worden ondergebracht.
De VOORZITTER zegt, dat men het materiaal, dat voor verbou
wing dier panden noodig is, beter voor woningbouw kan bestemmen.
De heer VAN GILS heeft geconstateerd, dat er in de omgeving van
Breda vele permanente woningen worden gebouwd. Spr. vraagt, of
Breda daar ook geen toestemming voor kan krijgen.
De VOORZITTER antwoordt, dat Breda toch voor dit jaar 90 wo
ningen toegewezep heeft gekregen. Voor het volgende jaar bedraagt
de toewijzing 300 woningen. Deze noodwoningen zijn slechts een aan
vulling.
De heer DE RUITER merkt op, dat in het pand van den heer Eras
aan de Duivelsbruglaan toch veel gezinnen zouden kunnen worden on
dergebracht. Spr. vraagt, of men den eigenaar niet zou kunnen ver
plichten, bedoeld pand op te knappen.
De VOORZITTER zegt, dat zulks in de tienduizenden zou loopen.
De heer DE RUITER: Maar, er zouden ook wel vier gezinnen kun
nen worden ondergebracht.
De heer VAN OOSTERHOUT heeft het bedoelde pand bekeken. Er
zouden twee gezinnen in gehuisvest kunnen worden. De overige ruim
te zou voor kantoor moeten worden gebruikt; zij is niet geschikt voor
woonruimte.
De heer HEER verzoekt aandacht te besteden aan een witgeschilderd
leegstaand pand in de Cartier van Disselstraat.
De VOORZITTER zegt, dat een en ander zal worden bezien.
Zonder verdere bedenkingen wordt alsnu overeenkomstig het
voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten.
31. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot beschikbaarstel
ling van een crediet voor het vernieuwen van de rioleering van de
Dreef (Bijlagen 1946, no. 210).
De heer BRINKERHOF zegt, dat, hoewel de Bouwcommissie met
dit voorstel accoord gaat, hij toch de opmerking zou willen maken,
dat er voor dezen Rijksweg zoovele klinkers worden gebruikt.
