10 DECEMBER 1946
449
De heer JONGBLOED vraagt, of bij de ondersteuningsbedragen
rekening wordt gehouden met de ouderdomsrente.
Wethouder ROMSOM antwoordt ontkennend.
De heer VAN OIJEN merkt op, dat de heer de Ruiter bezwaar heeft
tegen heeren in het Burgerlijk Armbestuur; misschien weten vrouwen
beter wat er te koop is.
Wethouder ROMSOM vindt, dat vrouwen in den regel een te week
hart hebben voor dergelijke functies.
De VOORZITTER zegt, dat één vrouw op de zeven leden geen be
zwaar kan zijn.
De heer JONGBLOED vraagt, hoeveel sociale werksters er aan den
dienst voor M.H. zijn verbonden.
Wethouder ROMSOM: Twee.
De heer JONGBLOED: Dat zegt mij al genoeg. Er komt bij zulk
een dienst meer kijken dan het bepalen der ondersteuningsbedragen.
In Haarlem zijn er 10 sociale werksters aan den dienst van Sociale
Zaken verbonden en deze zijn absoluut noodzakelijk. In Breda is men
op dit gebied 25 jaren ten achter.
De VOORZITTER zegt, dat deze aangelegenheid nog eens zal worden
bezien.
Distributiedienst
De heer SPRANGERS zegt het volgende:
Mijnheer de Voorzitter,
In verband met de vastgestelde salarissen van de distributie-ambte
naren, die m.i. aan den lagen kant zijn, moge ik er wel de aandacht
op vestigen, dat voor overuren, die in verschillende bedrijven dubbel
worden betaald, bij den Distributiedienst slechts 50 cents per uur
wordt genoten, terwijl voor de eerste 5 uren geen cent wordt uitbe
taald.
Ik moge U toch wel in overweging geven, deze uurloonen te herzien
en te verhoogen.
De VOORZITTER antwoordt, dat de eerste overuren nergens be
taald worden. De salarissen van het distributiepersoneel achten B. en
W. in sommige gevallen te hoog, in andere te laag. De Gemeente be
taalt echter maar 15 °/o van de totale kosten van het Distributiebedrijf.
Het Rijk houdt de hand op de beurs. De Gemeente heeft er niets in
te vertellen. Alles wordt door het C.D.K. voorgeschreven.
Wethouder ROMSOM deelt mede, dat er dezer dagen een verzoek
is gekomen om aandacht te schenken aan de vergoeding van 50 ct. per
uur. Het zal a.s. Vrijdag in behandeling komen.
De heer LAUREY zegt, dat de Directeur van den Distributiedienst
nimmer voor het publiek is te spreken. Ook zijn er klachten over een