486
12 DECEMBER 1946
vorm van boeken, dan kan de jeugd na het spel zich daarmede nuttig
bezig houden. We hebben dan twee vliegen in één klap.
De VOORZITTER merkt op dat er vroeger schoolwedstrijden zijn
geweest. Hij zal deze zaak in handen geven van den ambtenaar van de
sport; volgens zijn instructie behoort dit tot zijn taak.
VOLGNUMMER 999. SUBSIDIE AAN BIJZONDERE
BEWAARSCHOLEN.
De heer HEER merkt op, dat een subsidie van 5.40 per leerling voor
een kleuterschool, ook vóór den oorlog, al niet aan den hoogen kant
was. De Kleuterscholen kunnen er, ondanks belangrijke bijdrage ander
zijds, niet komen.
Spreker heeft geïnformeerd hoe het in andere gemeenten staat met
deze subsidie. Hij heeft nog niet alle gegevens binnen maar kan er toch
al enkele noemen.
De Bildt geeft 30.— per leerling; Amersfoort 15,Nieuwer Amstel
15,Utrecht 17,50. Breda steekt hier wel heel pover tegenaf. Hier
is nooit veel aandacht besteed aan het kleuteronderwijs, volgens
Spreker. Van die zijde is ook nooit aangedrongen op subsidie. Maar dat
is verklaarbaar. De meeste Kleuterscholen zijn katholiek. Deze worden
door zusters in stand gehouden. Die stellen vanzelf sprekend geen hooge
eischen aan salaris. Maar het is Spreker bekend dat b.v. de Nutskleuter-
school er zeer moeilijk kan komen. Spreker acht het de moeite waard
de noodige aandacht aan dit punt te besteden.
De heer JONGBLOED: „Dit niet eerst aan Gedeputeerde Staten
gaan vragen."
De VOORZITTER zegt dat zulks vanzelf sprekend niet gebeurt. Waai
de heer Jongbloed op doelt, te weten het subsidie voor de Toynbee-
vereeniging, was een andere kwestie. Daar ging het over de vraag, ver
leent het Rijk die subsidie reeds, of kunnen wij die geven.
Wethouder MABELIS gaat vervolgens in op de woorden van den heer
Heer. Hij zegt, dat deze subsidie inderdaad een schijntje is en dat de
school daarvan niet kan worden onderhouden, maar dat zit hem in het
feit, dat deze soort scholen nog niet in een wettelijke regeling vallen.
En hierin zal ingevolge het plan-Bolkenstein, verandering komen.
Spreker is er dan ook niet voor nu de subsidie te verhoogen, maar af
te wachten de nieuwe regeling die op komst is. Het subsidie is trou
wens 6.geweest, wat evenmin voldoende was, maar wegens be
zuiniging is er nog 10°/o gekort.
De heer HEER is van meening, dat de gemeente hier een mooie ge
legenheid heeft zelf iets te doen. We moeten niet afwachten tot er een
regeling komt. Intusschen kunnen we zelf reeds beginnen. Juist omdat
we weten, dat het niet blijvend zal zijn; we kunnen nu de overgangs
tijd voor de scholen gemakkelijker maken.
De heer BRINKERHOF zegt, dat het hier gaat over voorbereidend
onderwijs. Dat zegt al genoeg. Er moeten hier fundamenten worden
gelegd voor het verder onderwijs. Van dit onderwijs zal veel afhangen.
Spreker weet niet hoe het op andere scholen gaat, maar op die van de