12 DECEMBER 1946
495
telkens moest hij constateeren, dat men nooit volledig op de hoogte
komt.
De heer BRINKERHOF zegt, dat het kunstje om dat te weten te
komen niet zoo moeilijk is. De heer Mabelis weet heel goed, dat de
besproken candidaat geen voorstander is van het openbaar onderwijs.
Deze is immers Katholiek en de Katholieke leer verbiedt hem dat.
De VOORZITTER ontkent dit.
De heer DE RUITER acht het heelemaal geen kunst om er achter
te komen, of een candidaat al dan niet voorstander is van openbaar
onderwijs. Men vraagt het hem eenvoudig. Dat heeft Spreker ook
gedaan en de candidaat vertelde hem geen principieel voorstander
te zijn van het openbaar onderwijs.
De VOORZITTER deelt mede, dat Burgemeester en Wethouders de
voordracht terug willen nemen en hij vraagt den Raad, wat deze
hiervan denkt.
De heer JONGBLOED zegt de houding van B. en W. op prijs te stel
len. Hij doet een beroep op de K.V.P. dit voorstel* te aanvaarden.
Nu B. en W. hier zelf mee komen, kunnen zij toch geen reden hebben
om van wantrouwen te spreken tegenover B. en W.
Wethouder MABELIS deelt mede het langzamerhand een onverkwik
kelijke geschiedenis te gaan vinden. Hij is ervan overtuigd eerlijk
gehandeld te hebben tegenover de school, maar zal het thans niet als
een beleediging beschouwen om de voordracht terug te nemen.
De heer HEER merkt nog op, dat de opmerking van den heer Brin
kerhof over de houding van den Katholiek tegenover het openbaar
onderwijs inderdaad, zooals de voorzitter reeds heeft opgemerkt, on
juist is.
Het voorstel van B. en W. om de voordracht terug te nemen,
komt daarna in stemming.
Daar de stemmen staken, wordt de beslissing op dit voorstel
aangehouden tot de volgende vergadering.
Voor: de heeren BREKELMANS, VAN HOUTEN, BRINKERHOF,
SPRANGERS, LABAN, KAMPHUIJS, VAN DER MEULEN, HEER, DE
RUITER, JONGBLOED, VAN HAPEREN, MABELIS, ROMSOM en
STRUIJ CKEN.
Tegen: de heeren JONKER, VAN GILS, VAN BIJNEN, VERSCHU
REN, KRAMERS, VAN OIJEN, VAN DE NOORT, BEEKERS, VAN
OOSTERHOUT, VAN SWOL, MEIJS, VAN ARENDONK, COSIJN en
MEIJERS.
12. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot wijziging van de
verordening regelende de pensionneering der Wethouders. (Gemeen
teblad 1935, no. 596). (Bijlagen 1946, no. 225).
De heer MEIJS maakt een opmerking over een berekeningsfout in
het voorstel.