614
19 MEI 1947
2. Besluiten van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant, houden- no(
de goedkeuring van diverse raadsbesluiten (begrotingswijzigingen). eer
hef
Worden voor kennisgeving aangenomen. ha;
vri
3. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot benoeming vaneen vo(
directeur van de Gem. Ambachtsschool en Avondschool voor Ambachts- j
lieden. Voorgedragen worden: eer
1. Th. H. Hermans, wonende te Eindhoven;
2. P. G. van Dongen, wonende te Nijmegen; 1
dcïl
3. C. J. Reichelt, wonende te Nijmegen.
(Bijlagen 1947, no. 117.)
I
De heer MEIJS is bij het nagaan der stukken tot de conclusie ge- zj-
komen, dat het voor de Commissie en het College erg moeilijk moet ^ai
zijn geweest een keuze te doen. No. 1 heeft goede papieren en we zy,
mogen wel verwachten, dat hij geschikt is, maar No. 2 vindt hij niet u;t
minder geschikt. Hij zelf zou deze op de voorgrond willen plaatsen, soc
hij heeft persoonlijk met hem kennis gemaakt, niet met No. 1. Mogelijk
ook daarom voelt hij meer voor No. 2. Hij vraagt de bijzondere aan
dacht van de Raad voor deze candidaat.
De heer VAN GILS vraagt, of deze personen, medisch zijn onderzocht. g
eer
Wethouder ROMSOM antwoordt: „De heer Hermans wel". t.b
Hierna wordt tot stemming overgegaan. Uitgebracht worden 7
34 stemmen, waarvan 12 op de heer Hermans en 22 op de eer
heer van Dongen, zodat de heer van Dongen is benoemd. (jes
4. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot benoeming van M. 8
P. Luijlen als tijdelijk leeraar timmeren aan de Gem. Ambachtsschool. hui
(Bijlagen 1947, no. 110.) pai
hef
Zonder bespreking wordt dit voorstel aangenomen. no.
5. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het verlenen van 9
een crediet ad 3070,voor het bouwen van een urinoir aan de eer
Oranjesingel. (Bijlagen 1947, no. 113.) de
De heer LAUREY wil de nuttigheid van een dergelijk gebouwtje al- 1
lerminst ontkennen, maar hij vraagt zich af, als het noodzakelijk blijkt eer
te zijn voor mannen, waarom dan ook niet voor vrouwen. Wordt de Em
noodzakelijkheid daarvan niet ingezien, dan kunnen we het ook voor
mannen wel missen. Hij vindt het bedrag wel erg hoog, vooral omdat 1
dit gebouw als proefkonijn moet dienen. Voldoet het, dan komen er eer
mogelijk een 20 a 25 van deze gebouwtjes, wat dan een 60.000,a toe
90.000,— zou kosten. Vooral in deze tijd vindt hij dit niet verantwoord.
Als dergelijke gebouwtjes noodzakelijk zijn, waarom dan niet overge- 1
gaan tot het bouwen van één-persoons inrichtingen. Dat heeft ook nog eer
het voordeel, dat deze alleen zullen worden gebruikt voor het doel, (Bi
waar ze voor zijn bestemd. Nu vindt Spr. het een luxe uitgave en hij
kan er zijn stem dan ook niet aan geven.
De VOORZITTER merkt op niet te willen ingaan op de al of niet
1
