11 JUNI 1947
637
zijn blij hem thans als adjunct-directeur voor te kunnen dragen. De
Directeur moet vervangen kunnen worden; bij vervanging ontvangt de
adjunct-directeur het zelfde salaris als de directeur.
De heer SPRANGERS vraagt of het mogelijk is hem als adjunct
directeur meer salaris te geven.
Wethouder ROMSOM antwoordt, dat zulks is geprobeerd, maar af
gewezen is.
Hierna wordt dit voorstel aangenomen.
4. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders op een verzoek van
het bestuur van het „Gesticht van Opvoeding en Onderwijs" te Don-,
gen om medewerking te willen verlenen tot het inrichten van localic
teiten ten behoeve van de R.K. Meisjesschool, Pastoor Pottersplein.
(Bijlagen 1947, no. 133.)
Zonder enige bedenking wordt dit voorstel aangenomen.
5. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het vaststellen van
een reglement en een instructie voor het onderwijzend personeel.
(Bijlagen 1947, no. 134.)
De heer HEER wijst erop, dat bij het samenstellen of wijzigen van
ambtenarenreglementen altijd de commissie van georganiseerd Overleg
wordt gehoord. Deze Commissie heeft niets te maken met het onder
wijzend personeel, maar in die Commissie zijn ook de vakbonden ver
tegenwoordigd. Spr. zou het billijk vinden, dat over deze aangelegenheid
eerst de vakbonden van de onderwijzers werden gehoord. Hij zou daar
om de behandeling van dit voorstel willen aanhouden.
De heer BRINKERHOF onderschrijft de woorden van de heer Heer. Hij
heeft nog wel meer aanmerkingen, maar zou deze willen bewaren tot
de nadere behandeling van dit voorstel.
Wethouder STRUYCKEN merkt op, dat wel overleg is gepleegd met
de hoofden der scholen en dat deze de wenselijkheid van overleg met
de vakbonden niet naar voor hebben gebracht.
De VOORZITTER ziet geen bezwaar eerst de vakbonden nogeens te
raadplegen en stelt voor het voorstel aan te houden.
Aldus wordt besloten.
6. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot wijziging van de
subsidievoorwaardenverordening voor de bewaarscholen. (Bijlagen 1947,
no. 135.)
De heer DE RUITER komt het onjuist voor, dat bij deze nieuwe sub
sidieregeling het schoolgeld niet langer aan grenzen gebonden wordt.
Hij vraagt waarom dit is gedaan.
Wethouder STRUYCKEN vindt het jammer, dat deze vraag gesteld
wordt. Men heeft deze voorwaarde uit tactische overwegingen laten
vervallen. Als ze was blijven bestaan had men het limiet moeten ver-