11 JUNI 1947
643
dan zal het lawaai hinderlijk zijn. Waar dan? Mogelijk zou het Mon
tenspark iets zijn; Spr. heeft ook al gedacht aan het Brabantpark. In
elk geval moet de zaak groots worden opgezet. Hij denkt daarbij aan
een prachtig park met dieren (hij zal er uit Afrika wel wat sturen!)
Hij zou er ook een groot restaurant willen zien. In verband met een
en ander zou hij de zaak aan willen houden en meer royaal willen
opzetten.
De heer DE RUITER merkt op, dat mogelijk het Valkenberg een ge
schikte plaats zal zijn. Men zou ook de tuin van Concordia kunnen
nemen. Men heeft daar geen hinder van straatrumoer en kan beschik
ken over toneelaccomodatie van Concordia.
De heer BRINKERHOF acht het niet zo bezwaarlijk dat men thans
met een primitief plan komt, men kan dan even afwachten hoe het
loopt. Hij vindt de plaats, die de heer Meijs noemt n.l. het Montens
park, nog zo gek niet. Maar hij kan het niet met de heer Meijs eens
zijn, dat deze bezwaar maakt tegen het Wilhelminapark, omdat zo'n
park nergens zou zijn te vinden. Dan moet men maar eens in Utrecht
gaan kijken in het Wilhelminapark. Men ziet in Wilhelminapark hier
bijna nooit wandelaars. Slechts enkele oude van dagen op de Notaris
Verschraagebank en wat moeders met kinderen. Hij acht de bezwaren
van de bewoners ook niet steekhoudend. De ophoging bereikt
slecht een hoogte van 1.60 M. en de dienst van Beplantingen is be
kwaam genoeg om te zorgen, dat het geheel een aardig aanzien krijgt.
De werkzaamheden van deze Dienst kunnen worden geroemd. Hij kan
het dan ook niet met de heer Meijs eens zijn. Verder begrijpt Spr. niet
dat men kan beweren, dat men in de tuin van Concordia geen hinder
zal hebben van het straatrumoer. Hij heeft er reeds verschillende ver
gaderingen meegemaakt, waarbij het lawaai zodanig was, dat men zelf
de spreker niet kon verstaan. Hij is er voor bij wijze van proef in het
Wilhelminapark te beginnen.
De heer VAN OOSTERHOUT kan zich verenigen met de woorden
van de heer Meijs. Ook hij vindt het Montenspark een ideale plaats.
Het kan daar vele jaren in stand blijven en door de toekomstige uit
breiding van het Boeimeerkwartier ligt het ook niet te ver van het
centrum. Het zal daar veel mooier worden en behoeft daar niet zo
eng te worden opgezet als in het Wilhelminapark. En kan daar ook
een restaurant bij worden gebouwd en het geheel kan zo groots wor
den opgezet, dat men daardoor veel vreemdelingen zal trekken.
De heer DIRVEN zegt, een voorstander te zijn van een openlucht
theater maar niet in het Wilhelminapark. Hij vindt het Montenspark
een veel betere plaats. Na uitvoering van het uitbreidingsplan ligt het
ook niet te ver van het centrum.
De VOORZITTER zegt het debuut van het Commissie van Beplantin
gen niet erg gelukkig te vinden. Hij vindt het echter zeer begrijpelijk.
Het is zeer moeilijk een goede plaats te vinden. Het huidige openlucht
theater „Den Deyl" is heel aardig, maar het is te ver weg. Al jaren
wordt naar een oplossing gezocht. Reeds vroeger is de mogelijkheid in
het Valkenberg bekeken. Vooraan in het Valkenberg, nabij de bakkerij
van het Kasteel met als achtergrond het Kasteel en de brug, welke
daarheen voert, leek een ideale plaats, inzonderheid voor het opvoeren
van stukken welke verband houden met de historie der stad. Het bleek
daar echter niet mogelijk te zijn. Het Montenspark lijkt wel gesch'kt,
maar daar is het niet mogelijk. Deze gronden behoren aan Staatsbos-