630 11 JUNI 1947 indruk, dat men elkaar beter ging begrijpen en de samenwerking na de oorlog hartelijker zou zijn. Hij moet echter erkennen dat de samenwer king in deze Raad over het algemeen goed is. Hij hoopt dat men op deze weg zal voortgaan. Hij is overtuigd, dat hem in het verre land nog heel wat moeilijkheden wachten. Hij zal aan de heren blijven denken en de eerste klompjes goud die hij zal vinden in zijn tuintje zullen zijn voor Breda. Hierna deelt de VOORZITTER mede, dat hij nog enkele vragen te beantwoorden heeft van de vorige raadsvergaderingen. Hij stelt voor dat in de volgende raadsvergadering te doen. Hiertoe wordt besloten. RONDVRAAG. De heer BRINKERHOF zegt reeds vroeger al eens gewezen te hebben op een mestfaalt bij een boerderij achter in de Valkenierslaan. Daar is nog steeds niets aan gedaan. Hij begrijpt niet hoe een boer zoiets kan laten liggen. Vervolgens wijst hij op de deplorabele toestand van de Vrederust laan. Verder heeft Spr. nog een klacht betreffende de woningnood-com missie. Het pand Baronielaan 18, dat wel geschikt is voor 3 gezinnen is toegewezen voor kantoorruimte. Tenslotte heeft Spr. nog een netelige kwestie welke hem zeer heeft ontstemd. Indertijd heeft de Voorzitter hem opdracht gegeven eens naar Maastricht te gaan om daar poolshoogte te nemen van de organisatie van speeltuinen. Op de laatst gehouden bijeenkomst van het Bestuur van de Buurtvereniging Schoolakker heeft hij meegedeeld dat hij dezer dagen aldaar zou gaan kijken. In opdracht van de Voorzitter heeft hij zich in verbinding gesteld met Mr. Walenkamp, om te mogen beschik ken over de auto der gemeente. Tot zijn grote ontsteltenis hoorde hij toen dat deze reis niet meer nodig was daar een commissie uit de Jeugd raad onder leiding van de heer Verhoeven reeds daar heen was ge weest. De zaak is dus zo, op 27 Mei krijgt Spr. een opdracht en op 2 Juni gaat een andere commissie naar Maastricht. Spr. vond dit zeer pijnlijk vooral tegenover het Bestuur van de Buurtvereniging heeft hij een modderfiguur geslagen. Hij neemt aan dat de Voorzitter van dit alles niet op de hoogte is geweest. Er zijn hier hoofdambtenaren in het spel geweest. Spr. bedankt er voor om door deze ambtenaren als twee de rangs beschouwd te worden. De VOORZITTER antwoordt, dat hij wat de mestfaalt in de Val kenierslaan betreft, een rapport zal vragen aan Openbare Werken. Wat de Vrederustlaan betreft moet Spr. mededelen dat deze geen eigendom is van de gemeente. Hij zal Openbare Werken vragen de ergste fouten te herstellen. Over het pand Baronielaan 18 kan Spr. mededelen dat deze zaak breedvoerig bezien is. Het pand in de Emmastraat waarin de kantoor ruimte eerst was ondergebracht is in zijn geheel ter beschikking van de gemeente gekomen. Wat de kwestie betreft van de reis naar Maastricht moét Spr. mee delen, dat de heer Brinkerhof de zaak verkeerd beziet. Deze twee op drachten stonden naast elkaar. De heer Brinkerhof zou de zaak be kijken speciaal voor de Schoolakker en de Commissie van de Jeugd-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1947 | | pagina 650