11 JUNI 1947
651
raad voor heel de gemeente. Spr. is overtuigd, dat niemand de opzet
heeft gehad de heer Brinkerhof opzij te zetten.
De heer BRINKERHOF is met dit antwoord niet tevreden; het had
geen zin nog eens een commissie aan te wijzen.
De VOORZITTER antwoordt dat dit wel zin had. De opdracht van
de commissie was eens te zien hoe de organisatie van de speeltuinen in
Nederland over het algemeen is geregeld.
De heer BRINKERHOF zegt dat het rapport van de commissie uit de
Jeugdraad ook kon dienen voor de Schoolakker.
De VOORZITTER merkt nogmaals op overtuigd te zijn dat er geen
boos opzet in het spel was.
De heer BRINKERHOF zegt te begrijpen dat de Voorzitter een hoofd
ambtenaar wil sparen maar hij verklaart nogmaals zich niet als 2de
rangs te laten beschouwen.
De VOORZITTER zegt na te. zullen gaan hoe het verloop van de zaak
precies is geweest.
De heer VAN BIJNEN merkt op dat hij nog steeds geen antwoord
heeft op zijn vraag of bij het Openbaar Slachthuis geen openbaar Bad
huis kan worden gebouwd.
De VOORZITTER zegt dat deze kwestie wordt bekeken bij Openbare
Werken. Er is al een opdracht gegeven om een project in te dienen.
De heer KRAMERS deelt mede te hebben geconstateerd, dat op de
vóórlaatste Zondag in de zweminrichting de Prinsenpiassen gemengd
werd gezwommen en gezonnebaad, op een wijze welke zou doen ver
moeden, dat er hier in Breda geen verbod bestond op dit punt.
De VOORZITTER zal de politie hierop wijzen.
De heer KRAMERS wijst vervolgens op de deplorabele toestand
waarin de Notaris Verschraagebank verkeert in het Wilhelminapark.
De VOORZITTER zal Openbare Werken hierop wijzen.
De heer DIRVEN vestigt nogmaals de aandacht op de toestand van
de huizen op de Haagse Markt welke door oorlogsgeweld zwaar zijn
getroffen. Hij vraagt hoe het zit met de onteigening.
De VOORZITTER antwoordt dat deze kwestie thans in orde is. Bin
nenkort zal met de sloping worden begonnen.
De heer DE RUITER vestigt nogmaals de aandacht op het niet aan
gesloten zijn op de waterleiding van de woningen aan de Spoorbaan
straat.
De VOORZITTER antwoordt dat deze kwestie reeds bekeken is. Het
blijkt dat de eigenaren niet wjlidjy?nedewerken. Deze zullen behoorlijk
moeten worden aangepakh^Er worden bezien op welke wijze.
Hierna sluit de V
de vergadering.
De Voorzitter,