694
21 Augustus 1947
11. Verzoek om te doen nagaan, of de opgehoogde gronden van de
stortplaats van de gemeente-reiniging voor volkstuintjes in orde kun
nen worden gemaakt-
De Directeur van Beplantingen deelt mede, dat zulks onmogelijk is
om de volgende redenen:
a. het broeien van de ondergrond en het voortdurend nazakken van
de terreinen maken het onmogelijk hierop tuinderijgewassen te telen;
b- de aanwezigheid van scherven enz. maken het onmogelijk hierop
tuinderijgewassen te telen, aangezien hiervoor teveel met de handen
in de grond gewerkt moet worden, waardoor verwondingen en infectie
gevaar zeer groot zijn.
12. Verzocht wordt te doen nagaan, hoe het euvel te voorkomen van
het vervuilen van de straten in de nabijheid van ijscokarretjes.
De Commissaris van Politie deelt mede, dat in het vervolg geen. vent
vergunningen voor consumptie-ijs meer zullen worden verleend, zonder
dat daarin de voorwaarde is opgenomen, dat het ijs onverpakt moet
zijn- De reeds verleende vergunningen zullen worden ingenomen en op
deze voorwaarde worden aangevuld.
13. Verzocht wordt te doen nagaan, hoe het mogelijk is geweest, dat
tijdens het Carnavalsbal op 18 Februari 1947 in Concordia werd gecol
lecteerd onder de leuze: Tegen Lingadjati-
De Commissaris van Politie deelt mede, dat het bestuur van Concor-
dit geen toestemming heeft verleend tot het houden van enige collecte
aldaar. De meeste aanwezigen hebben van een collecte niets bemerkt.
Eén der aanwezigen heeft verklaard van een hem onbekende dame een
oranje-groen speldeje te hebben gekocht wat zij hem te koop aanbood
met de woorden: Anti-Lingadjati. Het signalement van de betrokken
dame kon hij niet opgeven-
14. Verzoek te willen doen nagaan, of het mogelijk is aan de inge
zetenen de notulen van de Raad tegen niet te hoge kosten beschikbaar
te stellen.
De VOORZITTER deelt mede, dat de verodening op de heffing der
legesgelden van 24 April 1934 in art- 2 vermeldt, dat ten behoeve der
gemeente leges worden gegeven voor abonnementen op de Raadsnotulen
5,voor een enkel nummer van de notulen van de Raad 0,50.
15. Verzoek te doen nagaan, hoe de gang van zaken is geweest bij
het maken van een reis naar Maastricht ter bezichtiging van het speel
tuinwerk aldaar door een commissie uit de Jeugdraad.
De VOORZITTER doet voorlezing van de navolgende nota:
Nota naar aanleiding van een door de heer Brinkerhof in de Raads
vergadering van 11 Juni j-1. gemaakte opmerking omtrent een reis naar
Maastricht in verband met een onderzoek naar de organisatie van
speeltuinen.
Na de vergadering van de Bouwcommissie van Zaterdag 27 Mei j-1.
kreeg de Chef van het Ie Bureau, Algemene Zaken ter gemeente-secre
tarie, de heer Mr. Walenkamp, opdracht van de Burgemeester in
Maastricht te informeren wie aldaar de leiding heeft over het speeltuin
werk, de heer Brinkerhof daarvan mededeling te doen en wanneer de
heer Brinkerhof daarna de auto der gemeente wenscht om naar Maas
tricht te rijden, dat voor hem in orde te maken.
Toen enige dagen later de heer Brinkerhof de auto kwam halen, heeft
de heer Walenkamp, na contact met de gemeente-secretaris, medege
deeld, dat reeds een commissie uit de Jeugdraad een tocht naar Maas
tricht had gemaakt, zodat een nieuwe reis overbodig leek.