27 OCTOBER 1947
753
aan de instantie die de keuring aanvraagt, doch dat deze alleen de
conclusie medegedeeld krijgt. Deze conclusie was als antwoord op de
vraag: Acht Gij de candidaat lichamelijk en psychisch geschikt voor
de functie van arbeider in algemene of bijz- dienst schrijver, inspec
teur, havenmeester, chauffeur, enz- Dit antwoord moet zeer positief
gegeven worden, en wel als geschikt, ongeschikt, ofwel geschikt onder
bepaalde voorwaarden-
Het is mogelijk dat met deze conclusie óf de opdrachtgever óf de
candidaat geen genoegen neemt, alsdan kan een herkeuring door een
ander medicus of een tweetal medici worden aangevraagd; doch ook
weer alleen de conclusie Geschikt, Ongeschikt, of Voorw. Geschikt
dient doorgegeven te worden.
Resumerend kom ik dus tot de conclusie dat bij deze med'sche
keuringen waarbij zowel het lichaam als de psyche aan een test
onderworpen worden volledige geheimhouding uit hoofde van het
medische beroepsgeheim gewaarborgd en gerespecteerd dient te worden.
Geleidelijk werd de behoefte gevoeld om naast het onderzoek van
het lichaam en de oppervlakkige analyse van de psyche, deze laatste te
vervolmaken en te completeren.
Het geneeskundig onderzoek had een verlengstuk nodig en wel een
Psycho-analytisch n-1- het psycho-technisch gedeelte-
Dit para-medisch gedeelte werd en wordt nog wel door medici ge
daan, toch is dit meer en terecht overgegaan in handen van
speciaal tot dit doel opgeleide personen-
En nu weet ik wel dat deze instantie geen eigenlijk beroepsgeheim
hebben, zoals de medicus. Doch aangezien zowel historisch als weien-
schappelijk deze 2 onderzoekingen bij elkaar horen, elkaar dienen aan
te vullen, en ook bovendien de lichamelijke en geestelijke eigenschap
pen wederkerig op elkaar kunnen inwerken. (Ik denk aan ziekten van
schildklier, hersenen, hart, nieren) is in vele opzichten het ontbreken
van een beroepsgeheim te betreuren.
Anderzijds evenwel zou deze absolute geheimhouding, zeker niet al
tijd leiden tot het doel waarvoor toch eigenlijk een psycho-analyse, een
ps. technische test wordt ingesteld-
Zo kan ik me zeker verenigen met de opvatting, dat een Directeur
van een onderneming, of het hoofd van een bedrijf of een instelling,
wel degelijk de uitgerafelde psyche van zijn aanstaande medewerker
wil en zelfs moet kennen, om te beoordelen of hij hem geschikt acht
voor een bepaalde functie- Want wie kent in feite beter de geeiste en
nodige eigenschappen, dan de algemeen leidinggevende persoon?
Persoonlijk is mijn mening dan ook, dat de psycho-technische rap
porten, evenmin als de medische, overgelegd dienen te worden- Voor
de medische wil ik deze absoluut zien, omdat een niet-med'cus een
medisch rapport niet naar zijn volle waarde kan schatten. Voor het
psycho-techn. onderzoek wil ik het overleggen beperken, tot het hoofd
van een bepaalde dienst, met een enkele medewerker, om de objectivi
teit zoveel mogelijk te behouden.
Doch ik heb nog bezwaren van andere aard tegen het ter inzage
geven van psycho-techn- rapporten en wel omdat een psycho-techn.
rapport nog steeds een sterk subjectief element van de onderzoeker
bevat. Bij de psycho-techniek is nog te weinig objectiefs, en het objec
tieve is dan nog dikwijls afhankelijk van de momentele toestand en
omstandigheden van de onderzochte-
Dit in tegenstelling met het medisch onderzoek, waar vrijwel alles
objectief is, behoudens dan de met de psychologie verwante psychiatrie.
Dit is dan ook wel een der- redenen, dat de resultaten der onder
zoekingen nog al uit elkaar lopen, en deze niet steeds ten volle aan-