27 OCTOBER 1947
763
gezegd dat Burgemeester en Wethouders niet genoeg hebben uitgeke
ken, althans zo heeft hij het niet bedoeld- Mogelijk heeft zijn jeugd hem
partij gespeeld. Spreker geeft toe, dat inderdaad de industrieën er
niet moeten zijn om de mensen te trekken, maar ook al zijn er
thans geen arbeidskrachten voldoende, moet men toch aan de toekomst
denken- Het is spreker ook bekend, dat het vestigen van industrieën
niet altijd voordelig is voor de gemeente en de gemeente er niet mooier
op doet worden, maar steden als Maastricht en Amersfoort wijzen er
toch wel op dat er in Breda ook mogelijkheden zijn zonder het karak
ter van de stad aan te tasten.
De opmerking van Weth. van Haperen dat hij de boeren niet kan
stimuleren naar de industrie over te gaan vindt spreker begrijpelijk,
maar het is de vraag of het op de duur niet noodzakelijk zal zijn. De
totale oppervlakte van de nog te cultiveren gronden is niet groot, ook
hij vindt het het juister dat de boeren boer kunnen blijven-
Aangaande de salarieering van het gemeentepersoneel wil spreker nog
opmerken dat hij niets voelt voor een derde loonronde- De kosten voor
het levensonderhoud zouden omlaag moeten en daaraan kan de ge
meente toch voor zover mogelijk medewerken. Tenslotte zegt rpreker
het prettig te vinden dat woningen voor grotere gezinnen temidden
van die van kleinere zullen worden gebouwd-
De VOORZITTER zegt dat voor de plaats van het woonwagenkamp
al is uitgezien naar een terrein aan de Terheijdenseweg, doch dat zou
te duur worden. Overbrenging naar de Krabbebossen zou spreker ten
sterkste willen ontraden. Spreker heeft daar meermalen gewandeld en
ziet in de terreinen aldaar een prachtig toekomstig recreatieoord voor
Breda. Hij vindt het plan in de Emer het woonwagenkamp te vestigen
nog niet zo slecht- Mensen welke, ofschoon niet in een kamp passend,
noodgedwongen in een woonwagen wonen, krijgen wel vergunning el
ders te gaan staan-
Wat de mededelingen betreft omtrent sollicitanten vindt spreker het
juist dat meer vertrouwelijke gegevens worden verschaft in besloten
vergadering-
Wat de industrialisatie betreft acht spreker het wel aardig eens een
deskundige te laten komen van de Planologische Dienst om buiten de
Raad voor de raadsleden een lezing te geven- Spreker acht het juist
om kieskeurig te zijn aangaande vestiging van industrie. In het Noor
den der stad is alles berekend op vestiging van industrie. Voor metaal
industrie waar merendeels geoefende mensen voor nodig zijn voelt
spreker zeer veel.
Dat tuingronden voor meer fijnere producten zoveel mogelijk wor
den ontzien vindt spreker juist; de tuinders zullen er toch goed aan
doen zich meer op fijnere productie toe te leggen.
Aan prijsverlagingen zal, voor zover dit mogelijk is, worden mede
gewerkt-
De heer VAN SWOL vindt het jammer dat de heer Jongbloed gezegd
heeft dat bij hetgeen door de Regering wordt gedaan in de regel het
goede wordt gezet op naam van de Regering Beel en het minder aan
gename op naam van een der Ministers van de P.v-d.A. Spreker is
tegenwoordig geweest op het congres van de K.V-P- en daar werd
Minister Drees op voortreffelijke wijze gehuldigd voor hetgeen hij ge
daan heeft voor de Noodwet Ouderdomsvoorziening.
De heer JONGBLOED merkt op dat hij niet gedoeld heeft op de lei
ding van de K.V-P. maar op de plaatselijke persorganen-
Hierna worden de algemene beschouwingen gesloten.
De VOORZITTER schorst_ hierna de vergadering.
De Secretaris, De Voorzitter,