788 27 OCTOBER 1947 HOOFDSTUK IX. (Ondersteuning aan bchoefCigen en werklozen.) De heer TEN HOLDER merkt op, dat hij reeds een jaar geleden heelt gevraagd de mogelijkheid te willen nagaan van een omvorming van de dienst van Maatschappelijk Hulpbetoon en Burgerlijk Armbestuur tot een dienst van Sociale Zaken; tot op heden heeft hij er nog niets van gehoord. Spreker zou willen aanraden alvorens men met een definitief voorstel komt inlichtingen in te winnen in die gemeente waar reeds een reorganisaties heeft plaats gevonden zoals in de ge meente Utrecht, Eindhoven en Haarlem. Spreker wijst nogmaals op de psychologische zijde van het vraagstuk; op de dienst van Maatschappe lijk Hulpbetoon rust het odium van het bedelingsinstituut. Het is een bekend feit, dat men alhier zo weinig heeft geprofiteerd van de nood wet Ouderdomsvoorziening, omdat men om dezelfde reden ook dat zag als armenbedeling. Het gaat hier natuurlijk niet alleen om centralisatie en naamsver andering- In Tilburg heeft men het Burgerlijk Armbestuur opgeheven; de werkzaamheden zijn overgenomen door Burgemeester en Wethou ders en ondergebracht bij de afdeling Sociale Zaken. Spreker zou wil len voorstellen in Tilbu?-g eens nader te informeren- Een ander voor deel is, dat het werk beter kan gedaan worden door een Ambtelijke dienst. De ambtenaren blijven"3t3ïimeer op de hoogte en er is ook recht van beroep. De VOORZITTER zegt dat hiermede wel rekening zal worden ge houden- Wethouder ROMSOM deelt mede, dat men reeds over verschillende gegevens beschikt. Hij moet de heer Ten Holder echter de illusie ont nemen, dat bij opheffing van het Burgerlijk Armbestuur, de moeilijk heden zouden zijn opgelost- De zaak is niet zo eenvoudig; ook het gebouw in de Houtmarkt leent er zich niet voor. De VOORZITTER zegt, dat het onderzoek dat zal plaats vinden eerst eens zou kunnen worden afgewacht- De heer TEN HOLDER zag gaarne dat met een en ander rekening werd gehouden. De. heer VAN GILS zegt erkentelijk te zijn voor hetgeen Minister Drces heeft gedaan in verband met de Ouderdomsvoorziening; hij vindt het alleen zeer jammer, dat Breda is ingedeeld in de derde klasse. Hij heeft in de Pers gelezen, dat hierin voorlopig geen verandering te ver wachten is- Toch zou hij gaarne zien, dat Burgemeester en Wet houders moeite zouden doen hierin verandering te brengen. Wethouder VAN HOUTEN merkt op dat de uitvoering van de Nood wet Ouderdomsvoorziening aanvankelijk op het stadhuis heeft plaats gehad en eerst kortgeleden naar Maatschappelijk Hulpbetoon is over gegaan. Dit kan dus niet de reden zijn, dat er betrekkelijk weinig ge bruik van is gemaakt. De toestand is over heel het land zo, dat het aantal aanvragen beneden de raming blijft, bovendien blijkt dat er nog veel 65-jarige zijn, die blijven werken- Vervolgens geeft spreker een kortoverzicht van de uitkeringen consumentencrediet. De vroe van lijk zou rent

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1947 | | pagina 788