790 27 OCTOBER 1947 Wethouder VAN HOUTEN zegt met het laatste rekening te zullen houden; hij zal de zaak eens bekijken. Hierna wordt gemeentebegroting, met in achtneming van de aangebrachte wijzigingen goedgekeurd en vastgesteld- Hierna wordt de le wijziging der gemeente-begroting voor het dienstjaar 1948 vastgesteld. De heer VAN OIJEN zegt nog gaarne een vraag te willen Gtellen. De VOORZITTER zegt, dat het niet gebruikelijk is na de behande ling van de begroting een rondvraag te houden, maar als de heer van Oijen kort is kan hij zijn gang gaan. De heer VAN OIJEN vraagt om beter toezicht bij de te houden ker missen; bij de kermis in Princenhage waren de vermakelijkheden op Zondag reeds om tien over elf aan de gang; en tijdens de Bredase ker mis werd in de Grote Kerk veel hinder ondervonden tijdens de dienst van een vogel-pik-tent, welke daar vlak bijstaat; zelfs een waarschu wing van de politie hielp niets- De VOORZITTER zegt, dat bij het verlenen van standplaats, daar mede rekening zou kunnen worden gehouden- De heer BRINKERHOF zegt getroffen te zijn geweest over de wijze, waarop de Voorzitter deze begrotingsvergadering heeft geleid. Het was alsof hij niet over een paar dagen, maar over een paar jaar pas weg zou gaan- Spreker weet zeker de tolk van de Raad te zijn als hij de Voorzitter hartelijk dankt voor de wijze waarop hij altijd de begrotings vergaderingen heeft geleid. De VOORZITT voor deze woorden en sluit hierna de ver gadering. De Voorzitter,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1947 | | pagina 790