17 JANUARI 1947 529 33. Voorstel van B. en W. tot benoeming van een hoofd van de openbare lagere school aan de Viandenlaan (bijlagen 1946, no. 224). (Aangehouden in de vorige vergadering). De VOORZITTER merkt op, dat eigenlijk herstemming zou moeten plaatshebben over het voorstel, of de voordracht zal worden terug genomen. Spr. wil echter aannemen, dat d,it voorstel verworpen is, daar B. en W. na rijp beraad besloten, in elk geval de oorspronkelijke voordracht te handhaven. Do heer HEER,' merkt op, dat deze benoeming reeds te lang is uit gesteld; hij zal zich daarom niet tegen behandeling van het voorstel van B. en W. verzetten. Volgens den Voorzitter zijn B. en W. na, rijp beraad tot het inzicht gekomen, dat de voordracht gehandhaafd moet blijven. Spr. dacht aanvankelijk, dat die voordracht was opgesteld door den heer Mabelis; het is hem nu gebleken, dat zij er al was vóórdat de heer Mabelis wethouder werd. Het bevreemdt hem wel, dat B. en W. uit de 80 sollicitanten geen andere keuze hebben kunnen doen. In Juli zijn er al sollicitanten opgeroepen. In December komt men pas met een voordracht in den Raad. Men kan nu niet anders meer doen dan tot benoeming overgaan. Bij vele ouders van leer lingen leeft de veronderstelling, dat het met deze openbare school afloopt, zeker nu zij gedeeltelijk in gebruik is bij het bijzonder onder wijs. Nu men toch een keus uit deze voordracht moet doen, hoopt Spr. dat het een goede keuze zal zijn en dat de gekozene van deze school zal maken, wat er van te maken is. De VOORZITTER heeft de overtuiging, dat nummer 1 van de voordracht werkelijk de beste is. Spr. heeft met den heer Mabelis de lessen bijgewoond en een zeer goeden indruk van hem gekregen; hij is geen tegenstander van het openbaar onderwijs. De heer DE RUITER zegt,, dat Nollen tegenover hem niet kon ver klaren voorstander van openbaar onderwijs te zijn. Nu heeft deze echter aan B. en W. geschreven, dat hij dat wèl is. Dit heeft Spr. persoonlijk onaangenaam aangedaan. Wethouder STRUYCKEN merkt op, dat de heer Nollen 18 jaar lang tot ieders voldoening aan een openbare school heeft gewerkt; hij is ook voorstander van openbaar onderwijs. Spr. gelooft, dat men in nummer 1 een buitengewone kracht heeft gevonden en meent, dat de openbare school bij hem in zeer goede handen zal zijn. De heer VAN GILS zal, nu de heer Heer zijn eischen tot benoeming van een principieel voorstander van openbaar onderwijs heeft laten vallen, niet dieper op deze kwestie ingaan. Spr. heeft in Geertrui- denberg zijn oor te luisteren gelegd, ook bij medestanders van den heer Heer, en vernomen, dat het hen zeer zou spijten, als de heer Nollen hier benoemd werd. De heer HEER heeft het niet bepaald zoo gezegd, als door den heer van Gils wordt beweerd. Als er twee geschikte candidaten zijn, geeft hij aan een voorstander van het openbaar onderwijs de voor keur.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1947 | | pagina 529