542 11 FEBRUARI 1947 16. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het verleenen van een crediet voor t.b.c. keuring van schoolgaande kinderen en personeel der lagere scholen (Bijlagen 1947, no. 44). Den heer VERHAAK is het bij een vorige gelegenheid opgevallen, dat de doorlichting van het onderwijzend personeel de instemming van den geheelen Raad had. Spr. meent dan ook Burgemeester en Wet houders namens den geheelen Raad te kunnen danken voor dit voor stel. Spr. zou graag op de hoogte worden gesteld van de resultaten van het onderzoek. De VOORZITTER zal den Directeur van den gemeentelijken Genees kundige en Gezondheidsdienst vragen om na 1 jaar een overzicht van de resultaten in te zenden. De heer VERHAAK zou ook het geheele gemeentepersoneel aan door lichting willen onderwerpen. De VOORZITTER merkt op, dat alle nieuw aan te stellen ambtenaren steeds worden gekeurd. Spr. wil de zaak wel eens bekijken. De heer HEER wil alleen vragen, of dit voorstel bedoeld is als een begin en of later ook het voorbereidend lager onderwijs en het middel baar onderwijs in de keuring zullen worden betrokken. De VOORZITTER antwoordt bevestigend en wijst erop, dat in het voorstel staat, dat voorloopig alleen de schoolgaande kinderen van de openbare en bijzondere lagere scholen op t.b.c. zullen worden onder zocht. Zonder verdere opmerkingen wordt overeenkomstig het voor stel van Burgemeester en Wethouders besloten. 17. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het verleenen van credieten in verband met te houden feestelijkheden ter gelegenheid van de a-s. blijde gebeurtenis in het Prinselijk Gezin (Bijlagen 1947, no. 33). De heer VAN OYEN zegt het volgende: Mijnheer de Voorzitter, Met groot genoegen nam ik kennis van het voorstel van Burgemees ter en Wethouders om ter gelegenheid van de geboorte van een Prin senkind aan de leerlingen der lagere scholen, zoowel bijzondere als openbare, versnaperingen en chocolademelk uit te keeren. Ik zou U echter willen vragen: Is het niet mogelijk deze feestgaven ook uit te breiden tot de leerlingen van Lyceum en Gemeente Gymnasium en mogelijk ook tot de huishoudscholen? Dit alles gezien in het verband, dat slechts een bedrag van 500,beschikbaar wordt gesteld voor het Oranje-Comité, hetgeen met de uitgave van 3600,voor de genoemde tractatie een bedrag vormt van ruim 4000,op een inwonertal van 82.000 zielen. Mijnheer de Voorzitter, wijlen Koningin Emma heeft eens gezegd:

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1947 | | pagina 542